9. De lijst met bijbelse geestesgavenRom. 12:6-8 1 Kor. 12:8-10 en :28-30 Efeze 4:11 9.1. Onderwijzen- Romeinen 12:7 - Efeze 4:11 Het gaat om het vermogen om de
geestelijke waarheid van de bijbel ordelijk uiteen te zetten en over te dragen.
De geestesgave van onderwijzen is een
bovennatuurlijk vermogen, een werking van de Heilige Geest. Deze gave wordt
ontvangen bij de wedergeboorte, als de Heilige Geest je uitgekozen heeft voor
het onderwijzen. Voor het effectief functioneren van deze geestesgave is het
wel nodig dat men eerst voor zichzelf de bijbel goed bestudeert en leert
kennen. Als je de bijbel niet kent en niet hebt bestudeerd, dan heb je, zelfs
als je de gave van leraar hebt, weinig te vertellen. Vooral het uiteenzetten en overdragen
van de leer is de taak van de leraren. Ook de uitleg over hoe in de praktijk
als christen te leven. Voor het vinden van de leer van de bijbel over allerlei
zaken is het doen van onderwerpstudies erg belangrijk (1)[1].
Een leraar ontdekt niet alles zelf in de
bijbel. Hij geeft door wat hijzelf ook weer van andere leraren heeft ontvangen.
Paulus droeg Timotheus op om wat hij zelf van Paulus geleerd had weer door te
geven aan anderen, die op hun beurt weer in staat zouden zijn om het door te
geven (2 Tim. 4:2) (2)[2].
Hij moest dus toekomstige leraren opleiden. Het "die bekwaam zullen
zijn" heeft te maken met het hebben van de geestesgave van leraar. Voor het onderwijzen van geestelijke
waarheden is dus een speciale geestesgave nodig. Dit betekent dat iemand die in
het dagelijks leven als leraar of onderwijzer werkzaam is niet automatisch in
de gemeente als leraar kan functioneren. Dat kan dus alleen als hij ook de
geestesgave van leraar heeft. De bijbel zegt dat degenen die
onderwijzen (die dus de gave van onderwijs uitoefenen) financieel ondersteund
moeten worden (3)[3].
Het onderwijs moet dus verzorgd worden
door mensen met deze geestesgave, maar niet voor 100 procent. Er staat immers
ook de opdracht "leert elkander" (Kol. 3:16). Als het zo te pas komt
moeten we allemaal bereid zijn om elkaar over en weer te onderwijzen. Een kandidaat-ouderling moet zich
houden aan het betrouwbare woord naar de leer, zodat hij in staat is te
vermanen op grond van de gezonde leer en de tegensprekers te weerleggen (Titus
1:9). Hij moet bekwaam zijn om te onderwijzen (1 Tim. 3:3) 9.2. ProfetieRomeinen 12:7. Efeze 4:11. Een profeet functioneert als een
tussenpersoon. Hij ontvangt van God een boodschap voor anderen die hij aan hen
doorgeeft. Hij functioneert, een beetje oneerbiedig gezegd, als
"doorgeefluik." Voor een uitgebreide bespreking van
deze belangrijke geestesgave verwijs ik naar hoofdstuk 12. Daar wordt de
geestesgave van profetie uitgebreid besproken. Je kunt onderscheid maken tussen
profetie in engere zin en in ruimere zin. Bij profetie in engere zin ontvang je
een specifieke boodschap voor iemand, zie b.v. Agabus (Hand. 11:28,29 en 21:10,11).
Die boodschap is niet afkomstig uit de bijbel. Bij profetie in ruimere zin ontvang je
een boodschap voor iemand uit de bijbel. God legt je op het hart om een
speciale boodschap vanuit de bijbel door te geven. Precies de boodschap die op
dat moment geestelijk gezien nodig is. Als iemand op zondag preekt dan neemt
hij, als het goed is, ook niet zomaar wat om door te geven. Hij bidt er voor.
Hij bidt om een boodschap uit de bijbel, om leiding waarover hij zal spreken.
God bepaalt hem bij een bepaalde boodschap en die geeft hij dan door. Dit is
een vorm van profetie. Profetie is immers een boodschap van God voor anderen
ontvangen en die aan hen doorgeven. De profetie in ruime zin is een zeer
nuttige bediening. In elke gemeente zijn mensen met deze bediening nodig om
vanuit de bijbel Gods woord voor elke situatie te verkondigen. "wie profeteert spreekt
........" (1 Kor. 14:3) Er is verschil tussen de bediening van
een profeet (in ruimere zin) en een leraar. Een leraar zet meer systematisch de
leer van de bijbel uiteen, terwijl een profeet in meerdere mate juist dat
stukje van de leer en dat stuk van de bijbel doorgeeft wat de mensen op dat
moment nodig hebben. 9.3. DienenRom. 12:7. 1 Kor. 12:28, “om te helpen” Iedere christen is geroepen om te
dienen maar sommigen onder ons hebben een speciale gave (een speciale
bekwaamheid) op dit gebied. 9.4. VermanenRom. 12:8 Iedere christen moet op zijn tijd
anderen vermanen (Hebr. 3:13). In profetie zit vaak een element van vermaning
(1 Kor. 14:3). Er is echter ook een speciale gave op dit gebied. De meesten van
ons weten wel dat vermanen erg moeilijk is, want ofwel je bent te slap ofwel je
bent te scherp. Het is moeilijk om de juiste toon voor ieder persoon te vinden.
Iemand met de gave van vermanen kan een ander terechtwijzen zonder dat de
ander kwaad wordt en zich afsluit. Degenen die vermaand worden onderkennen dat
ze door de ander van Godswege vermaand worden. Sommige mensen nemen helemaal nooit
vermaning aan, dus bij hen is het ‘so wie so’ nooit goed. We worden aangespoord om open te staan
voor vermaning. "laat u vermanen, laat u terechtwijzen" (2 Kor.
13:11). Vermaning moet altijd plaats hebben op
grond van de gezonde leer (Titus 1:9). Op grond van de bijbel. 9.5. Mededeelzaamheid, gevenRomeinen 12:8 Mededelen is geven. Dit is de kunst om op het juiste
moment, met de fijngevoeligheid van de Heer, iemand materieel te ondersteunen.
Het moet eenvoudig, zonder "poeha" gebeuren. Dit moet in principe
ook elke christen doen, maar mensen met deze gave zijn er erg goed in. 9.6. Leiding gevenRom. 12:8 1 Kor 12:28 Het gaat hier om het vermogen tot
besturen, het vermogen om leiding te geven binnen de gemeente. Ook hier geldt weer dat
bestuursvaardigheid in het natuurlijke leven niet automatisch betekent dat je
op geestelijk vlak ook een goed bestuurder bent. Om op geestelijk gebied een
goed bestuurder te zijn heb je de bovennatuurlijke geestesgave van besturen
nodig. Het gevaar is dat men ziet op de
natuurlijke gaven, op de natuurlijke bestuursbekwaamheid, en dat men, alleen
op grond daarvan, broeders een leidinggevende positie geeft in het werk van
God. Het inzetten van een onverbroken natuurlijke gave in geestelijk werk kan
veel schade veroorzaken (4)[4] 9.7. Barmhartigheid bewijzenRom. 12:8 Jezelf ontfermen over nood in allerlei
vormen. Dit is dus ruimer dan mededeelzaamheid. Tot barmhartigheid bewijzen
worden alle christenen geroepen, maar er zijn dus mensen die een speciale
bekwaamheid op dat gebied van God hebben gekregen. 9.8. Spreken met wijsheid1 Kor 12:8 Wijsheid heeft te maken met inzicht in
hoe de dingen werken en in elkaar zitten. Een wijs man weet wat in elke
situatie te doen. Op natuurlijk gebied komt de wijsheid meestal met de jaren,
door de levenservaring. Bij christenen is dat ook meestal zo, maar sommige
christenen ontvangen op dit gebied blijkbaar een speciale bekwaamheid. Zie de twee soorten wijsheid (Jakobus
3:13-18). Wijsheid van boven of aardse wijsheid. Wijsheid komt ook door het openen van
de bijbel. "Het openen van uw woord verspreidt licht het geeft de
onverstandigen inzicht" (Psalm 119:130). 9.9. Spreken met kennis1 Kor 12:8 Kennis is niet hetzelfde als wijsheid.
Wijsheid is meer toegepaste kennis. Kennis heeft te maken met de kennis van de
bijbel en het christelijk leven. De gave van kennis ligt dicht tegen de
gave van onderwijzen aan. De gave van onderwijzen veronderstelt een zekere
kennis. Bij de onderwijzer is er daarnaast de speciale bekwaamheid om de kennis
over te brengen. De laatste tijd is er binnen de
charismatische beweging een nieuwe uitleg van deze geestesgave opgekomen. Het
gaat, zo stelt men, niet om kennis van de bijbel en alles wat het geestelijk en
gemeentelijk leven betreft. Het gaat om bovennatuurlijk verkregen kennis van
dingen die je eigenlijk niet kan weten. John Wimber vertelt b.v. hoe hij in een
vliegtuig zat. Hij sprak met een man over de dingen van Gods koninkrijk, toen
hij plotseling in rode letters het woord "echtbreuk" op diens
voorhoofd zag staan. Hij concludeerde op grond van deze kennis, op grond van
deze informatie, dat de man in de zonde van echtbreuk verwikkeld was. Toen
hij hem er op aansprak bleek dat ook zo te zijn. In feite kreeg Wimber een
openbaring (1 Kor. 14:26,30). Overigens dit soort openbaringen kan ook uit
andere, occulte bron, voortkomen. En als je de persoon, het werk, en de
leringen van Wimber toetst zijn de aanwijzingen voor een occulte bron sterk.
Maar op zich kan God zoiets doen, een openbaring van iets geven. Het lijkt er
op dat Petrus door openbaring van God wist (5)[5]
dat Ananias en Saffira deden alsof ze het gehele bedrag afstonden aan God
(Handelingen 5:1-11). De charismatische uitleg van het
spreken met kennis lijkt me niet juist. De bijbelse term voor het weten van
dingen die je eigenlijk niet kan weten is niet kennis maar
"openbaring" (1 Kor. 14:26,30). God kan, als Hem dat behaagt, aan
iedere christen openbaringen geven. 9.10. Geloof1 Kor. 12:9 Iedere christen heeft geloof en moet
wandelen in geloof (2 Kor. 5:7). Maar niet iedere christen heeft de gave van
het geloof. Een geloof voor bijzondere dingen, een geloof dat bergen verzet.
Toch kunnen wij ons er niet achter verschuilen als wij deze gave niet hebben.
Kleingeloof of ongeloof wordt in de bijbel nooit goedgepraat (6)[6] 9.11. Genezingen1 Kor. 12:9,28 Er staat niet de gave (enkelvoud) van
genezingen maar gaven (meervoud) van genezingen. Het gaat om de gave, de werking van de
Geest door je heen, tot het genezen van zieken. Het is hier niet de plaats om al te
diep in te gaan op de vraag of Jezus altijd iemand wil en zal genezen die tot
Hem om genezing bidt. Binnen pinkster/charismatische kringen werd en wordt dit
vaak geleerd. Het klopt inderdaad dat de Here Jezus onze ziekten heeft
gedragen. De genezing is in de verzoening (Jesaja 53:4). De Here Jezus genas op
basis hiervan (Matth. 8:16,17). Maar de bijbel zegt ook dat de verlossing in
fasen komt. Nu hebben we reeds de verlossing, dat is de vergeving der zonden
(Kol. 1:14). En we wachten nog op de verlossing, dat is de verlossing van ons
lichaam van de vergankelijkheid, van ziekte en dood (Rom. 8:23; Filp.
3:20,21). De Here Jezus heeft de juridische basis voor onze genezing gelegd
door zijn dood en opstanding, maar de uitvoering komt bij zijn wederkomst. Op
dat moment krijgen we een onsterfelijk en verheerlijkt lichaam (Filp. 3:21).
De inwonende Heilige Geest is het onderpand (de garantie) van de komende verlossing
en verheerlijking van het lichaam (2 Kor. 1:22; 2 Kor. 5:5; Efeze 1:14). De
inwonende Heilige Geest is ook de eerste gave (het eerste stuk, dat we reeds
ontvangen hebben) van de komende heerlijkheid (Rom. 8:23). Nergens wordt in de bijbel gezegd dat
God elke zieke zal genezen. Er zijn perioden geweest dat God in bepaalde
situaties inderdaad iedereen genas (b.v. Hand. 5:15,16; 28:9). Maar het feit
dat God dit toen deed betekent niet dat Hij dit automatisch altijd zo moet
doen. In bepaalde situaties werd ieder genezen in antwoord op het gelovig
gebed van Paulus (Hand. 28:9). Maar er staat ook dat Paulus zelf worstelde met
een doorn in zijn vlees (2 Kor. 12:7). Een lichamelijke ziekte (vlees betekent
lichaam) met in dit geval een satanische oorsprong (7)[7].
Hij zegt ook dat hij een medewerker ergens ziek achter heeft gelaten (2 Tim.
4:20). Timotheus had chronische gezondheidsproblemen (gedurige ongesteldheden,
1 Tim. 5:23). Als het hebben van de geestesgave van genezing zou betekenen
dat je iedere zieke daarmee kan genezen waarom bleef Paulus dan met zijn
lichamelijke kwaal rondlopen, waarom heeft hij die medewerker dan ziek achtergelaten,
hoe kan het dan dat Timotheus chronische kwalen had? In Jakobus staat dat God de zieke op
het gelovige gebed zal genezen (Jak. 5:15). Maar dan moet er wel gebeden
worden met door God gewerkt geloof. Geloof komt door inzicht in de wil van God,
in dit geval door het innerlijk getuigenis van Gods Geest in onze geest dat het
in dat bijzondere geval de wil van God is dat iemand geneest. Als God op
deze manier leiding geeft dan kun je met geloof, met zekerheid, bidden. En dan
zal de zieke zeker genezen. In Marcus 16:18 staat "op zieken
zullen zij de handen leggen en zij zullen genezen." Dat zien we in het
boek Handelingen inderdaad regelmatig gebeuren (b.v. Hand. 28:9). Er staat
echter niet op de (dat wil zeggen op alle zieken) zullen ze de handen
leggen en ze zullen genezen worden. Onder leiding van Gods Geest en op de
momenten dat God dit zo leidde zou het gebeuren. Zijn er nog mensen met deze bediening?
Je kunt de loterijmethode van de moderne zogenaamde genezers (8)[8]
uit pinkster/charismatische kringen, met hun genezingsdiensten en hun
valse leer waarin wordt gesteld dat Jezus een ieder wil genezen die zich tot
Hem wendt, niet vergelijken met wat we in het boek Handelingen zien gebeuren.
Daar worden niet van de honderden mensen er slechts een enkele genezen, zoals
dat bij de hedendaagse genezers gebeurt, daar werden allen genezen. Met de geestesgaven van genezing kun
je niet iedereen genezen. Alleen degenen waar de Heer je naar toe leidt, maar
die worden dan ook genezen. Er is ook van deze geestesgaven weer
een satanisch imitatie Denk b.v. aan de magnetiseurs. Sommigen die naar
magnetiseurs gaan ervaren soms een (gedeeltelijke) genezing, maar de geestelijk
prijs in de vorm van occulte gebondenheid is hoog. Sommige moderne charismatische
genezers passen ook nog eens onbijbelse methoden toe. B.v. voor ze gaan bidden
nodigen ze eerst de Heilige Geest uit om op de zieke neer te dalen. Dan vragen
ze of de zieke al iets voelt. Bijvoorbeeld een tinteling of een warmte in het
zieke lichaamsdeel. Dan wordt dat gezegend, etc. 9.12. Werking van krachten1 Kor. 12:10 Het gaat om de gave om wonderen te
doen. "krachten, wonderen en tekenen (9)[9]
" 9.13. Onderscheiding van Geesten1 Kor. 12:10 Het vermogen om te onderkennen uit
welke bron iets voortkomt. Uit welke bron een ervaring of een lering,
voortkomt. Uit God, uit de mens zelf, of uit demonische oorsprong. En ook of
iemand al of niet een echte profeet of apostel is (Openbaring 2:2; 2:20). 9.14. Tongen1 Kor. 12:10,28 Het vermogen om in een taal te spreken
die je nooit geleerd hebt. Deze geestesgave wordt in hoofdstuk 10 uitgebreid
besproken. 9.15. Vertolking van tongen1 Kor. 12:10 Het vermogen om een tong, zie
hierboven, te vertolken d.w.z. te vertalen (10)[10].
9.16. EvangelistEfeze 4:11 Het vermogen om het evangelie aan
andere mensen helder en krachtig uit te leggen. Via prediking en/of
persoonlijke gesprekken. Je hebt ook kinderevangelisten. Mensen met deze geestesgave hebben een
speciale bekwaamheid op dit gebied, maar opnieuw, dit betekent niet dat wij,
als God het op onze weg brengt, niet tegen anderen zouden mogen en moeten
getuigen (11)[11]. 9.17. Apostel1 Kor 12:28 Efeze 4:11 We zien in de bijbel twee of eigenlijk
drie soorten apostelen. 9.17.1. De twaalven.De twaalven die door de Here Jezus
persoonlijk zijn uitgekozen (Lucas 6:13,14). Die de belofte hebben dat ze eens
op 12 tronen het volk Israël zullen richten (Matth.19:28). De 12 waarvan de
namen op de 12 fundamenten van de muur van het nieuwe Jeruzalem staan (Openb.
21:14). Een dergelijke apostel (behorende tot de twaalven) moest een
ooggetuige zijn van de opstanding van Christus (Hand. 1:21,22; 4:33). Er staat
in dat de wonderen en tekenen, in het bijzonder, door de handen van de
apostelen geschiedden (Hand. 2:43; 5:12) (12)[12].
De gemeente is gebouwd op het
fundament van de apostelen (de twaalven) en de profeten (de oudtestamentische
profeten), zie Efeze 2:20 en Handelingen 2:42. De gemeente staat nog steeds op
dit fundament. Het fundament, dat is het onderwijs van de apostelen en de
profeten, is neergelegd in de bijbel. Wij moeten blijven volharden "in
het onderwijs der apostelen" (Hand. 2:42). 9.17.2. PionierzendelingenIn de bijbel worden, naast de twaalven
en Paulus, ook anderen apostel genoemd (13)[13].
B.v. in Handelingen 14:14 wordt naast Paulus ook Barnabas apostel genoemd. In
deze zin zijn er nog steeds apostelen. Apostel komt van het Griekse woord "apostello",
wat zenden betekent. Apostellos betekent gezondene of zendeling (14)[14]. Voor het grondvesten van een gemeente,
in een gebied waar nog geen getuigenis is, moet je een bijzondere gave hebben,
want dat is een zware opdracht. Daarom staat deze geestesgave in de lijst van
Efeze 4:11 waarschijnlijk ook vooraan. 9.17.3. Het geval van PaulusPaulus lijkt een speciaal geval. Hij is apostel (Romeinen 1:1). Paulus
was speciaal de apostel van de heidenen, iets wat door Jacobus, Cephas (15)[15]
en Johannes werd erkend (Galaten 2:7-9). Hij kon er op wijzen dat zijn apostelschap
was bevestigd door de vrucht die God er op had gegeven (1 Kor. 9:1,2) en
doordat door hem heen de tekenen van een apostel waren verricht (2 Kor. 12:12;
Rom. 15:18,19; vergelijk dit met Hand. 2:43 en 5:12). Paulus kreeg ook nieuwe
openbaringen, b.v. over de gemeente (Efeze 3:3-6). Hij had ook Jezus, na zijn
opstanding gezien. Hij wijst daar in 1 Kor. 9:1 op omdat apostelen, in de zin
van de twaalven, ooggetuige moesten zijn geweest van de opstanding van Jezus.
Paulus vergeleek zich ook met de andere twaalf apostelen (1 Kor. 15:9, 2 Kor.
12:11,12) 9.17.4. SamenvattingEr zijn dus in ieder geval twee
soorten apostelen, met Paulus als uitzonderingsgeval. God heeft speciaal de
bediening van de twaalf apostelen en die van Paulus bevestigd met wonderen en
tekenen. "door de handen der apostelen" (Hand. 2:43, 5:12 en 2 Kor. 12:12). De
twaalven waren ook ooggetuige geweest van het leven van Jezus en speciaal van
zijn opstanding (16)[16].
Het is duidelijk dat er na hun dood geen apostelen zoals de twaalven meer zijn
geweest. En ook geen apostel zoals Paulus. De bijbel is immers afgesloten[17]. Er
komen geen nieuwe normatieve, leerstellige, openbaringen meer. Apostelen in
de zin van pionierzendelingen en gemeentestichters zijn er natuurlijk nog wel.
Maar die kunnen geen aanspraak maken op het speciale gezag dat de twaalven en
Paulus van God hadden gekregen. 9.17.5. Bedriegers, schijnapostelenEr zijn, opnieuw in de charismatische
beweging, tegenwoordig mensen die claimen dat ze de bediening van apostel
hebben. En dan bedoelen ze apostel in de zin van de twaalven, of in de zin van
Paulus. Zij eisen het gezag over de gemeente op, terwijl sommigen ook nieuwe
openbaringen brengen die niet in de bijbel staan. Over zulk soort lieden sprak
de Here Jezus al in Openbaring 2:2 "Ik weet dat gij de kwaden niet kunt
verdragen en hen op de proef gesteld hebt, die zeggen dat zij apostelen zijn,
maar het niet zijn, en dat gij hen leugenaars hebt bevonden." Dergelijke valse apostelen zijn er ook
in de Rooms-katholieke Kerk. De Rooms-katholieke Kerk beweert dat de twaalven
opvolgers hebben aangesteld en die opvolgers zouden op hun buurt ook weer
opvolgers aangesteld hebben, enzovoorts. Dit noemt men de apostolische successie
(Successie betekent opvolging). Deze leer heeft geen grond in de bijbel. De
twaalven hadden geen opvolgers. De twaalven waren uniek (zij komen op de
twaalf tronen, hun namen staan op de fundamenten van het nieuwe Jeruzalem,
etc). Het is ook onmogelijk want een apostel, in de zin van de twaalven, moest
Jezus hebben gezien, hij moest ooggetuige zijn geweest van de openbare
bediening en vooral ook van het lijden en de opstanding van Jezus. En tenslotte
moest zijn bediening ook nog worden bevestigd door tekenen (2 Kor. 12:12). Alle Rooms-katholieke bisschoppen
claimen opvolgers van de twaalf apostelen te zijn en ze maken aanspraak op
hetzelfde oppergezag over de christenheid als de twaalven hadden. Onze
evangelische voorvaderen hebben de rooms-katholieke bisschoppen altijd als
schijnapostelen afgewezen en ontmaskerd. Zij deden wat in Openbaring 2:2
staat. Helaas doen vele van de huidige evangelische leiders dit niet meer. Zij
zijn begonnen om de valse apostelen, dat zijn de bisschoppen van de Rooms-katholieke
Kerk (18)[18],
als medegelovigen en christelijke leiders te erkennen. 9.18. HerderEfeze 4:11 9.18.1. Het is een belangrijke gaveHet is een van de vijf belangrijke
gaven die nodig zijn voor de toerusting van de gemeenteleden (Efeze 4:7-16). 9.18.2 Wat houdt het in?De taak van een herder vinden we
duidelijk beschreven in Ezechiel 34:3,4,16,17 - de schapen weiden (zorgen voor
voedsel) - het zwakke versterken - het zieke genezen - het gewonde verbinden - het afgedwaalde terughalen - het verlorene zoeken - de schapen doen neerliggen - rechtspreken tussen het ene schaap
en het andere Zo'n bediening is op geestelijk vlak
in de gemeente nodig. De geestesgave van herder stelt in staat om dit werk goed
te doen. Een belangrijk deel van het herderschap
bestaat uit het helpen van de christenen bij het oplossen, aan de hand van de
bijbel en met Gods hulp, van hun persoonlijke problemen. Het herderschap is
echter ruimer. De gave van het
herderschap houdt in: het begeleiden van de christenen in hun geestelijke
groei (mentor). Een herder houdt de schapen in de
gaten. "op elkander acht geven" (Hebr. 10:24). De schapen gaan hem
ter harte, omdat hij ze op zijn hart draagt. Hij stimuleert ze in hun
geestelijke groei en als het mis dreigt te gaan dan grijpt hij in, dan komt hij
te hulp. Het herderschap wordt ook wel zielzorg
of pastoraat genoemd. 9.18.3. Gewoon pastoraat en crisispastoraatHet is mogelijk om onderscheid te
maken tussen aan de ene kant het begeleiden van de christenen in hun geestelijk
groei en aan de andere kant het zogenaamde "crisispastoraat." Het
crisispastoraat is nodig bij zware problemen. Dit onderscheid is niet
absoluut, er is geen scherpe lijn tussen te trekken. Binnen het pastoraat (het
herderschap) is er dus enige specialisatie mogelijk. Ik ken een broeder die
door God geweldig gebruikt wordt in het crisispastoraat, maar die niet erg
sterk is in de persoonlijke begeleiding in de geestelijk groei. Hij kan het
laatste wel, maar het gaat moeizaam, terwijl hij in het eerste erg goed is.
Anderen zijn weer erg goed in kinderpastoraat. 9.18.4. Charismatische zielzorg?Een zorgelijke ontwikkeling op het
gebied van het pastoraat is het ontstaan van de zogenaamde charismatische
zielzorg. Daarbij worden onbijbelse (occulte) technieken gebruikt, zoals
visualisatie (19)[19]
Ook wordt de Geest soms opgeroepen en uitgenodigd om op iemand neer te dalen.
Handoplegging wordt onvoorzichtig toegepast. Men steunt voor het verkrijgen
van inzicht in iemands problemen op het krijgen van woorden van kennis (20)[20],
etc. Dit brengt geen hulp, maar het leidt
daarentegen wel gemakkelijk tot occulte gebondenheid. 9.18.5. Psychologisch in plaats van geestelijkEen ander gevaar is dat men in de
zielzorg hulp gaat verlenen, aan de hand van allerlei seculiere psychologische
theorieën 9.18.6. Helpen met de bijbelEen goede uiteenzetting van de bijbelse
wijze van zielzorg is te vinden in het boek "Helpen met de Bijbel"
van Jef de Vriese. Voor verdere informatie. Zie de studie
over zielzorg. 9.18.7. Het herderschap van de oudsten van de gemeenteNaast de geestesgave van
herderschap (pastoraat, zielzorg) is er ook nog een taak, een
aanstelling als herder. De oudsten zijn de door God aangewezen herders van de
gemeente. (Handelingen 20:28, 1 Petrus 5:1-4). De Here Jezus is de opperherder
en de oudsten zijn de onderherders (1 Petrus 5:4). Zij moeten de kudde weiden
(zorgen voor goed geestelijk voedsel) en zij moeten ook de kudde hoeden
(dat is beschermen tegen valse leer en valse leraars). - weiden (Handelingen 20:28) - hoeden (1 Petrus 5:2) De oudsten moeten de kudde beschermen
tegen "grimmige wolven." Grimmige wolven zijn valse leraren, mannen
die verkeerde dingen spreken (Hand. 20:28-32) waardoor ze de discipelen achter
zich aan proberen te trekken. Zowel het hoeden als het weiden zijn beiden
nodig. De inhoud van het herderschap van de
oudsten bestaat dus uit weiden en hoeden. Dit valt niet (geheel) samen met de
geestesgave van herderschap. Het is niet hetzelfde als het persoonlijk
begeleiden van de christenen in hun geestelijk groei of met crisispastoraat. Elke oudste is herder, maar niet ieder
oudste heeft ook de geestesgave van herder.
------------------------------------------ Eindnoten (1)Over het maken van een onderwerpstudie en over het vinden van de leer
van de bijbel over een bepaald punt, zie de bijbelstudie over de bijbel (2) Leraren
moeten worden opgeleid (2 Tim. 4:2). Ze moeten geselecteerd worden op twee
criteria. Ten eerste betrouwbaar zijn en ten tweede bekwaam zijn (de
geestesgave hebben). (3) Zie Galaten 6:6. Misschien is dat omdat er veel tijd in de studie van
de bijbel gaat zitten. Studie die nodig is wil je een goede leraar worden en
zijn. (4) Voor nadere toelichting, zie studie
18 "Verbrokenheid" in "De praktijk van het Christenleven
I." (5) Helemaal zeker weten we dat niet. De bijbel zegt niets
over de bron van de kennis van Petrus over deze zaak. Hij kan ook langs andere,
langs natuurlijke weg, de informatie hebben gekregen. Petrus wist wel dat
Saffira ook zou sterven. (6) Zie studie 13 "De rol van het geloof in het leven
van de Christen" in "De praktijk van het christenleven I" (7) Dit gebeurde onder Gods toelating, om hem te beschermen tegen
hoogmoed, zie het verband. (8) Enkele
voorbeelden. Het eerste is Ben Hoekendijk. Ben is oprichter van St. Opwekking. Dit
is de stichting die de grote pinksterconferentie organiseert (voorheen in
Vierhouten). St. Opwekking geeft ook de bekende Opwekkingsbundel met
praiseliederen uit. Ben is jarenlang in Nederland rondgetrokken met de
boodschap dat "Jezus geneest." Met de boodschap dat iedere zieke genezing kan ontvangen door het geloof in
Christus. In 1986 heeft hij het boekje "Op zoek naar balans"
uitgegeven (Op zoek naar balans,
1986, Ben Hoekendijk, uitgeverij Gideon). In het boekje vertelt hij op pagina
41 hoe hij duizenden de handen had opgelegd voor genezing. Het resultaat? Er
gebeurden enkele opmerkelijke genezingen. Let wel "enkele." Zet dat
af tegen de duizenden zieken waar hij over spreekt. In feite geeft hij daar toe
dat hij al die jaren de mensen bedrogen heeft, door hen te verkondigen dat
Jezus een ieder geneest die tot Hem komt. Intussen was hij daar, in 1986, wel
op terug gekomen, maar hij had toch die boodschap vele jaren uitgedragen. Een bekende Koreaanse pinksterchristen, voorganger
van wat wel de grootste gemeente ter wereld wordt genoemd, vertelt dat er bij
hem ook allerlei pinksterpredikers met de genezingsboodschap langskwamen. Honderden
mensen, soms duizenden mensen gingen naar voren voor gebed om genezing, een
enkeling werd genezen. Hij klaagt erover dat de verbijsterde gelovigen, die
niet genezen waren, na het vertrek van de genezingsboodschappers met hun
vragen bij hem kwamen. Bedenk dat de predikers die in zijn kerk preekten de
meest bekende genezers uit pinkster- en charismatische kring waren. Ofwel God
heeft zijn methode veranderd in een soort loterij met een enkele prijs en zeer
veel nieten, ofwel deze zogenaamde genezers zijn bedriegers. Een goede vriend vertelde me het volgende verhaal. Een kennis van hem,
een medechristen, bad voor een doodzieke man. Terwijl hij zo bad legde God het
op zijn hart om ook persoonlijk met de zieke te gaan bidden. Toen hij dat deed
genas de zieke ogenblikkelijk. Daarop trok zijn vriend de konklusie dat hij de
gave van genezing had. Hij dacht: de pinksterbroeders met de genezingsboodschap. (9) De bijbel spreekt over
"krachten, wonderen en tekenen", zie b.v. Hand. 2:22. Het zijn drie
woorden voor dezelfde zaak. Ze worden afwisselend gebruikt. Neem b.v. de
genezingswonderen van de Here Jezus. Soms worden die "krachten"
genoemd, soms "tekenen" en weer een andere keer "wonderen (10) Voor meer informatie, zie hoofdstuk
10. (11) Zie studie 19 "Van Christus
getuigen" in "De praktijk van het Christenleven I" (12) Zie ook Hebr. 2:3,4. Paulus spreekt "over de
tekenen van een apostel" (2 Kor. 12:12). Het getuigenis van een apostel
werd door God bevestigd door krachten, tekenen en wonderen. Als dat niet
gebeurde was iemand geen apostel in de zin van de twaalven. (13) 1 Thess.
1:1 worden Paulus, Silvanus en Timotheus genoemd als de afzenders van de brief.
In de volgende verzen spreekt Paulus in "wij" vorm, zie b.v. 1:2,5,9;
2:2,4,5,6. In 2:1 spreekt Paulus over "ons komen bij u " en in 2:3
over "ons vermanen." Er staat
"hoewel wij (meervoud, hij, Silvanus en Timotheus) als apostelen
van Christus ons hadden kunnen laten gelden." Zie ook 1. Kor. 4:6 in
combinatie met 4:9. (14) Ook de Here Jezus wordt apostel (gezondene) genoemd (Hebr. 3:1). (15) Cephas d.w.z. Petrus (16) Handelingen 1:21,22; 4:33; 1 Kor. 9:1 (17) Zie, de studie over de bijbel, het punt over de canon (18) Naast het feit dat het valse apostelen zijn brengt de
Rooms-katholieke Kerk ook nog een vals evangelie. Voor nadere uitleg, zie de
bijbelstudie over de gemeente. Zie ook, op mijn homepage
http://www.solcon.nl/apgeelhoed het document "Wat is er aan de hand in de
evangelische wereld?" (Het document staat bovenaan in het linkerframe). In
het hoofdstuk "De evangelischen en de Roomskatholieke Kerk" wordt de
Roomskatholieke Kerk en ook onze opstelling tegenover de Roomskatholieke Kerk
besproken. (19) Visualisatie wordt besproken in de studie "De
bijbel over geloof, gevoel, ervaring en mystiek", zie speciaal hoofdstuk 7
over de mystieke technieken. De studie staat op mijn homepage onder de link
"mystiek, gnostiek" op mijn homepage http://www.solcon.nl/apgeelhoed
Bij het
visualiseren, bij de zielzorg, gaat men in de fantasie terug naar de
gebeurtenis waardoor men beschadigd is. Daarna fantaseert men dat Jezus er bij
was en dat Hij op dat moment b.v. troostte. Het gevolg is, zo beweert men, dat
je innerlijk genezen wordt. Dit soort gebruik van de fantasie kent de bijbel
niet. Het is daarentegen wel een bekende tovertechniek. (20) Over "woorden van kennis", zie de bespreking
van de geestesgave van kennis, punt 9.9. Natuurlijk heb je
voor zielzorg "wijsheid van boven" nodig. Je hebt Gods leiding nodig.
Maar die leiding gaat via het normale gebruik van het verstand waarmee we de
situatie analyseren en de bijbel onderzoeken en toepassen op de situatie. Dit
alles in vertrouwen en op God en samen met de innerlijke leiding van Gods
Geest. God kan je speciaal bij iets bepalen, iets in je op laten komen, waar
zijn Geest bevestiging op geeft. Over Gods leiding, zie studie 8 uit "De
praktijk van het christenleven I." God kan wel via speciale middelen
inzicht geven, maar dat is niet de gewone gang van zaken in deze bedeling. [1] Over het maken van een onderwerpstudie en over het
vinden van de leer van de bijbel over een bepaald punt, zie de bijbelstudie
over de bijbel. [2]Leraren moeten worden opgeleid (2 Tim. 4:2). Ze moeten
geselecteerd worden op twee criteria. Ten eerste betrouwbaar zijn en ten tweede
bekwaam zijn (de geestesgave hebben). [3] Zie Galaten 6:6. Misschien is dat omdat er veel tijd in
de studie van de bijbel gaat zitten. Studie die nodig is wil je een goede
leraar worden en zijn. [5]Helemaal zeker weten we dat niet. De bijbel zegt niets
over de bron van de kennis van Petrus over deze zaak. Hij kan ook langs andere,
langs natuurlijke weg, de informatie hebben gekregen. Petrus wist wel dat
Saffira ook zou sterven. [6]Zie studie 13 "De rol van het geloof in het leven
van de Christen" in "De praktijk van het christenleven I" [8]Enkele voorbeelden. Het eerste is Ben Hoekendijk. Ben is
oprichter van St. Opwekking. Dit is de stichting die de grote
pinksterconferentie organiseert (voorheen in Vierhouten). St. Opwekking geeft
ook de bekende Opwekkingsbundel met praiseliederen uit. Ben is jarenlang in
Nederland rondgetrokken met de boodschap dat "Jezus geneest." Met de
boodschap dat iedere zieke genezing kan
ontvangen door het geloof in Christus. In 1986 heeft hij het boekje "Op
zoek naar balans" uitgegeven (Op zoek naar balans, 1986, Ben Hoekendijk,
uitgeverij Gideon). In het boekje vertelt hij op pagina 41 hoe hij duizenden de
handen had opgelegd voor genezing. Het resultaat? Er gebeurden enkele
opmerkelijke genezingen. Let wel "enkele." Zet dat af tegen de
duizenden zieken waar hij over spreekt. In feite geeft hij daar toe dat hij al
die jaren de mensen bedrogen heeft, door hen te verkondigen dat Jezus een ieder
geneest die tot Hem komt. Intussen was hij daar, in 1986, wel op terug gekomen,
maar hij had toch die boodschap vele jaren uitgedragen. Een bekende Koreaanse pinksterchristen, voorganger
van wat wel de grootste gemeente ter wereld wordt genoemd, vertelt dat er bij
hem ook allerlei pinksterpredikers met de genezingsboodschap langskwamen. Honderden
mensen, soms duizenden mensen gingen naar voren voor gebed om genezing, een
enkeling werd genezen. Hij klaagt erover dat de verbijsterde gelovigen, die
niet genezen waren, na het vertrek van de genezingsboodschappers met hun
vragen bij hem kwamen. Bedenk dat de predikers die in zijn kerk preekten de
meest bekende genezers uit pinkster- en charismatische kring waren. Ofwel God
heeft zijn methode veranderd in een soort loterij met een enkele prijs en zeer
veel nieten, ofwel deze zogenaamde genezers zijn bedriegers. Een goede vriend vertelde me het volgende verhaal. Een
kennis van hem, een medechristen, bad voor een doodzieke man. Terwijl hij zo
bad legde God het op zijn hart om ook persoonlijk met de zieke te gaan bidden. Toen
hij dat deed genas de zieke ogenblikkelijk. Daarop trok zijn vriend de
konklusie dat hij de gave van genezing had. Hij dacht: de pinksterbroeders met
de genezingsboodschap hebben toch gelijk. Hij bad daarop vervolgens met een
aantal andere zieken maar die genazen niet. [9] De bijbel spreekt over "krachten, wonderen en
tekenen", zie b.v. Hand. 2:22. Het zijn drie woorden voor dezelfde zaak.
Ze worden afwisselend gebruikt. Neem b.v. de genezingswonderen van de Here
Jezus. Soms worden die "krachten" genoemd, soms "tekenen"
en weer een andere keer "wonderen." [12]Zie ook Hebr. 2:3,4. Paulus spreekt "over de
tekenen van een apostel" (2 Kor. 12:12). Het getuigenis van een apostel
werd door God bevestigd door krachten, tekenen en wonderen. Als dat niet
gebeurde was iemand geen apostel in de zin van de twaalven. [13] 1 Thess. 1:1 worden Paulus, Silvanus en Timotheus
genoemd als de afzenders van de brief. In de volgende verzen spreekt Paulus in
"wij" vorm, zie b.v. 1:2,5,9; 2:2,4,5,6. In 2:1 spreekt Paulus over
"ons komen bij u " en in 2:3 over "ons vermanen." Er
staat "hoewel wij (meervoud,
hij, Silvanus en Timotheus) als apostelen van Christus ons hadden kunnen
laten gelden." Zie ook 1. Kor. 4:6 in combinatie met 4:9. [18]Naast het feit dat het valse apostelen zijn brengt de
Rooms-katholieke Kerk ook nog een vals evangelie. Voor nadere uitleg, zie de
bijbelstudie over de gemeente. Zie ook, op mijn homepage
http://www.solcon.nl/apgeelhoed het document "Wat is er aan de hand in de
evangelische wereld?" (Het document staat bovenaan in het linkerframe). In
het hoofdstuk "De evangelischen en de Roomskatholieke Kerk" wordt de
Roomskatholieke Kerk en ook onze opstelling tegenover de Roomskatholieke Kerk
besproken. [19]Visualisatie wordt besproken in de studie "De
bijbel over geloof, gevoel, ervaring en mystiek", zie speciaal hoofdstuk 7
over de mystieke technieken. De studie staat op mijn homepage onder de link
"mystiek, gnostiek" op mijn homepage http://www.solcon.nl/apgeelhoed
Bij het
visualiseren, bij de zielzorg, gaat men in de fantasie terug naar de
gebeurtenis waardoor men beschadigd is. Daarna fantaseert men dat Jezus er bij
was en dat Hij op dat moment b.v. troostte. Het gevolg is, zo beweert men, dat
je innerlijk genezen wordt. Dit soort gebruik van de fantasie kent de bijbel
niet. Het is daarentegen wel een bekende tovertechniek. [20]Over "woorden van kennis", zie de bespreking
van de geestesgave van kennis, punt 9.9. Natuurlijk heb je
voor zielzorg "wijsheid van boven" nodig. Je hebt Gods leiding nodig.
Maar die leiding gaat via het normale gebruik van het verstand waarmee we de
situatie analyseren en de bijbel onderzoeken en toepassen op de situatie. Dit
alles in vertrouwen en op God en samen met de innerlijke leiding van Gods
Geest. God kan je speciaal bij iets bepalen, iets in je op laten komen, waar
zijn Geest bevestiging op geeft. Over Gods leiding, zie studie 8 uit "De
praktijk van het christenleven I." God kan wel via speciale middelen
inzicht geven, maar dat is niet de gewone gang van zaken in deze bedeling. De serie over de Heilige Geest |