BIJLAGE F.   De Rooms-katholieke Kerk en de Reformatie

 

F.1. Het ontstaan van de Rooms-katholieke Kerk

 

In het boek Handelingen wordt de start en uitbreiding van de gemeente beschreven. Er ontstaan overal plaatselijke gemeenten, onder het leiderschap van een groep oudsten, ouderlingen. De gemeenten zijn allen zelfstandig. Er was geen bovengemeentelijke organisatievorm[1].

Met het verstrijken van de tijd is een grote groep van de chris­tenen steeds meer de organisatievorm van de gemeente gaan aanpas­sen. Totdat stapje voor stapje een uitgebreide bovengemeentelijke organisatie met aan het hoofd één man, de Paus te Rome, ontstond.

Tegelijkertijd, met het steeds meer afwijken van het bijbelse gemeentepatroon, week men ook in de leer steeds meer af de bijbel, zodanig dat het bijbelse evangelie niet meer werd gehoord. Zo is de Rooms-katholieke Kerk ontstaan.

 

Er zijn altijd groepen geweest die met deze ontwikkeling niet meegingen. Of er zijn groepen mensen geweest die er uitstapten. Soms waren dat werkelijk ketters, d.w.z. ze verwierpen de Rooms-katholieke Kerk wel, maar ze keerden niet terug naar de bijbel. Uit de geschiedenis zijn een aantal van dit soort gnostieke, newage-achtige bewegingen bekend, maar veel vaker ging het om ware gelovigen, die zich losmaakten van deze valse kerk.

 

Het heeft een tijd geduurd voordat de Paus de absolute macht veroverde over de gehele christenheid. Zo is b.v. de Ierse Kerk lang zelfstandig gebleven. Onze streken en noordeuropa zijn niet beëvangeliseerd door rooms-katholieken. Dat werk is gedaan door Ierse gelovigen, één van hen is de in Nederland bekende Willi­brord. Zij brachten het ware evangelie met als resultaat dat mensen zich bekeerden. Daarop zond de Paus met steun van onder meer de Frankische koningen (overheid) zijn eigen vertegenwoordiger, die de nieuwe christenen goed of kwaadschiks inlijfde bij de Rooms-katholieke Kerk. Eén van hen was de bekende Bonifatius, deze man was een schurk, hij liet Ierse zendelingen doden en in de gevangenis gooien.

 

F.2. Dronken van het bloed der Heiligen

 

De gemeenten en bewegingen die niet meegingen of die er uitstap­ten zijn, fel vervolgd door de Rooms-katholieke Kerk. De eerste drie eeuwen zijn de christenen, waaronder ook de mensen die binnen de voorloper van de latere Rooms-katholieke Kerk verbleven, binnen het toenmalige Romeinse Keizer­rijk zelf vaak vervolgd door de overheid. Aan het begin van de vierde eeuw na Christus werd de toenmalige keizer christen, d.w.z. hij werd rooms-katholiek. De Rooms-ka­tholie­ke Kerk werd korte tijd daarna staats­kerk. De keizer nam overigens direct de leiding van de kerk in handen. Kort daarna begon de vervolging van anders­denkenden. In alle landen, waar de Rooms-ka­tholieke Kerk greep op de overheid kreeg, zijn andersdenkenden zwaar vervolgd. In de twaalfde eeuw heeft de Rooms-katholieke Kerk zelfs een kerkelijke rechtbank opgezet, de Inquistie. Een soort geheime dienst, een geheime politie, met absolute macht. In samenwerking met de overheid zijn er door de vervolging van de Rooms-katholieke Kerk, naar de voorzichtige schatting van histori­ci, minstens dertig miljoen doden gevallen.

Als je naar de kaart van het kerkelijke Europa kijkt, dan valt iets merkwaardig op. In de protestantse landen is er altijd een grote katholieke minderheid aanwezig. In de katholieke landen is dat andersom niet het geval, in die landen ontbreekt een behoorlijke protestantse minderheid. De reden is eenvoudig. In de katholieke landen zijn de protestantse gelovigen letterlijk uitgeroeid. Neem b.v. Frankrijk, daar waren op een gegeven moment, na de reformatie, miljoenen protestantse gelovigen. In Frankrijk werden ze "Hugeno­ten" genoemd. Op dit moment is daar bijna niets meer van over. Naar schatting was rond het jaar 1550 ongeveer 15 % van de bevolking  protestants. In samenwerking tussen de Rooms-katholieke Kerk en de overheid is de vervol­ging in gang gezet. Het was een ware moordmachi­ne. Vele protes­tanten zijn toen Frankrijk ontvlucht, maar nog veel meer hebben het leven gelaten of zijn onder de terreur bezweken en weer katholiek geworden. Veel van de protestantse mannen zijn naar de galeien vervoerd, daar moesten ze onder grote ontberingen de galeien van de franse marine voortroeien. Er zijn verschillende verslagen van ooggetuigen van de tochten naar de galeien bewaard gebleven, vaak overleed reeds de helft van de mannen, voordat de galeien nog maar bereikt waren.

 

De Inquisitie is trouwens nooit opgeheven, alleen de naam is veranderd in de congregatie voor de geloofsleer.

 

Het is geen wonder dat de protestanten meenden dat de Rooms-katho­lieke Kerk de grote hoer was die in openbaring 17 wordt beschre­ven, van die hoer wordt gezegd dat ze dronken was van het bloed der heiligen.

 

F.3. De Reformatie

 

In het begin van de zestiende eeuw ontdekte de monnik en professor Maarten Luther door lezing van het Nieuwe Testament, met name door de boodschap van de Galatenbrief, opnieuw het ware bijbelse evange­lie. Hij begon zijn ontdekking bekend te maken. Daarop deed de rooms-ka­tholie­ke Kerkleiding (de Paus) hem in de ban, hij werd uit de Kerk gezet en vogelvrij verklaard. Omdat een aantal van de vorsten de kant van Luther koos, kon de Rooms-katholieke Kerk hem niet in handen krijgen en vermoorden, zoals ze al zo vaak met dissidenten had gedaan. Omdat juist op dat moment de boekdruk kunst was ontdekt, konden Luthers geschriften, met daarin de goede uitleg van het ware evangelie, verspreid worden over heel Europa. Luther vertaalde ook de bijbel in de landstaal, waardoor de mensen toegang kregen tot de bijbel. In grote delen van Europa aanvaardden grote delen van de bevol­king het bijbelse evangelie. Naast Luther kwamen er nog meer leiders in deze beweging. De fransman Calvijn werkte vanuit Geneve. De Zwitser Zwingli was in Zwitserland actief

 

F.4. De contrareformatie

 

De Rooms-katholieke Kerk had veel terrein verloren. Het duurde niet lang voor de tegenaanval werd ingezet. Rooms-katholieke vorsten vielen de vorsten aan die protestants werden. Grote delen die eerst voor Rome verloren waren gegaan, kwamen weer onder de politiek macht van Rome. Als de politieke macht gevestigd was, werd vervol­gens systematisch de vervolging georganiseerd. Er kwamen enorme vluchtelingenstromen opgang. Miljoenen werden verdreven of vermoord. Zie b.v. het verhaal van de Hugenoten, hierboven. Zo werd de reformatie in b.v. Polen, België, Zuid Duitsland, Oostenrijk en in vele andere gebieden vernietigd.

In dezelfde tijd hield de Rooms-katholieke Kerk een kerkvergade­ring, het zogenaamde concilie van Trente. Daar werd in officiële besluiten de leer van de Hervormers, en daarmee het bijbelse evangelie, verworpen.

 

F.5. De Rooms-katholieke Kerk leert een vals evangelie

 

F.5.1. In de geloofsbelijdenis van Trente[2] wordt de kern van het evangelie afgewezen

 

Ik citeer uit de geloofsbelijdenis van Trente:

 

De zesde zitting.

 

"Indien iemand beweert dat de mensen eigenlijk rechtvaardig zijn door de gerechtigheid van Christus, die zij vervloekt"   (canon 10)

 

"Indien iemand beweert dat de mens alleen gerechtvaardigd wordt door de toerekening van de gerechtigheid van Christus, die zij  vervloekt"   (canon 11)

 

"Indien iemand beweert dat de genade slechts een gunst van God is, die zij vervloekt"  (canon 11)

 

"Indien iemand beweert dat het geloof, waardoor wij  gerechtvaar­digd worden, niets anders is dan het vertrouwen op de  goddelijke barmhartigheid, die ons de zonde vergeeft omwille van  Christus, of dat wij alleen door zulk een vertrouwen gerechtvaardigd worden die zij vervloekt"  (canon 12)

 

Enzovoorts[3].

 

F.5.2. De Rooms-katholieke Kerk brengt het evangelie van "het geloof plus"

 

F.5.2.1. De parallel

 

Het valse evangelie dat Rome brengt is niet echt nieuw. Het komt in principe overeen met de leringen van de valse leraren die

de gemeenten in Galatië waren binnen gekomen. 

 

F.5.2.2. Het evangelie van "het geloof plus" en de gemeenten van Galatië

 

In de gemeenten van Galatië waren een aantal (joodse?) "christe­nen" de gemeen­te binnen ge­drongen, die het evangelie van "het geloof plus" brachten (Gal 1:7, 2:4, etc). Zij leerden dat je om behouden te worden, naast het geloof in Jezus, ook besneden moest worden. In Hand 15:1 ontmoeten we dezelfde dwaalleer.

 

Paulus noemde deze lering een vals evangelie (Galaten 1:6-9). Als je het nog in enig opzicht van eigen inspanning verwacht, dan breng je een vals evangelie. Paulus wees de Galaten er op dat er maar één evangelie is. En dat is het evangelie dat hij hen had gebracht. Het evangelie van de rechtvaardiging door het geloof alleen[4].

 

Let op dat de valse leraren geen kompleet nieuw evangelie brach­ten. Men had het evangelie "verdraaid" (Gal 1:7). Ze hadden het ware evangelie alleen aange­past, ze hadden er een andere draai aan gegeven.

Ze redeneerden als volgt: natuurlijk moet je in Jezus geloven (dat is noodzakelijk voor het behoud), maar dat is niet genoeg. Om behouden te worden moet je jezelf ook nog laten besnijden. (En de wet houden, als een jood gaan leven, Hand 15:1)

 

Het misleidende is dat deze valse leraren zich presenteerden als ware christenen. Het waren in werkelijkheid valse leraren, de bijbel noemt het grimmige wolven (Hand 20:29). Het waren echter wolven die zich vermomd hadden, die zich voordeden als schapen, als ware christenen (Matth. 7:15). Ze konden er immers op wijzen dat zij ook geloof­den dat Jezus het vleesgeworden Woord, de door God beloofde Messias, de Zoon van God, is.

 

Elk evangelie dat niet overeenkomt met het evangelie dat Paulus bracht, is geen evangelie (Gal 1:6-9).

 

Wie een ander evangelie brengt dan het evangelie dat Paulus bracht, brengt een vals evangelie. Dat is de duide­lijke boodschap van de Galaten­brief.

 

Let op het herhaalde "die is vervloekt" (Gal 1:8,9). Zo ernstig nam Paulus de zaak op. Het is geen geringe zaak als iemand het evangelie verdraaid. Het eeuwige behoud van de mensen staat op het spel. Als iemand een evangelie brengt, dat afwijkt van het evangelie van "de rechtvaardiging door het geloof alleen" dat Paulus bracht, dan is zo iemand vervloekt.

 

Er was moed voor nodig om dit te zeggen. Direct, nadat Paulus scherp stelling had genomen tegen de valse leraren schreef hij: "Tracht ik mensen te winnen, of God? Of zoek ik mensen te beha­gen? Indien ik nog mensen trachtte te behagen, zou ik geen dienstknecht van God zijn" (Gal 1:10). Zeg maar eens tegen iemand, die op zijn manier ook met Jezus bezig is, en die daar oprecht in schijnt te zijn dat hij nog steeds onder de vloek der wet ligt. Ja, dat hij of zij een vals evangelie gelooft en uitdraagt en daarom een valse leraar is.

 

Net zoals Jezus de rijke jongeling lief kreeg, kunnen ook wij rooms-katholieke mensen lief krijgen vanwege hun hoogstaande karakter en moraal. En toch mogen we daarom de scherpe kanten niet van de bijbel­se bood­schap afslijpen. Alhoewel Jezus de rijke jongeling liefhad, verzachtte Hij niet de Goddelijke eis.

 

F.5.2.3. De Rooms-katholieke Kerk brengt ook een evangelie van het geloof plus

 

De Rooms-katholieke Kerk predikt dat we behouden worden door het geloof plus de sacramen­ten (want die zijn nood­zake­lijk om het heil te ver­werven en te behouden[5]). In feite komt het neer op geloof plus werken.

 

Volgens de rooms-katholieke leer kom je door de waterdoop in de staat der genade (door de doop ontvang je de heiligende genade). Als je daarna een doodzonde doet verlies je de heiligende genade, dan val je uit de staat der genade. Als je in die toestand zou sterven, zou je verloren gaan. Het is daarom zaak om zo gauw mogelijk die doodzonde te gaan biechten, waardoor je, na de absolutie door de priester, weer hersteld wordt in de staat der genade. Een orthodoxe katholiek is dan ook zijn hele leven bezig om doodzonden te vermijden en om als hij een doodzon­de heeft gedaan die getrouw te biechten bij een priester. Op deze manier is hij zijn hele leven aan het "werken", in de overtuiging dat zijn eeuwig behoud hiervan afhangt.

 

Een orthodox katholiek is er daarom ook nooit zeker van dat hij naar de hemel zal gaan als hij sterft. De twijfel blijft altijd. Heb ik wel al mijn doodzonden beleden? Tegenover deze twijfel staat nog de uitweg, dat de intentie om te gaan biechten ook telt. Maar hij kan nooit weten of hij bij het biechten wel het juiste voorgeschreven berouw heeft gehad. Want alleen dan telt de biecht en ontvang je de absolutie (de vergeving) van je zonden.

Ik moet hierbij denken aan een gesprek dat ik met een orthodoxe katho­liek, tijdens evangelisatiewerk, heb gevoerd. Het was een oprechte orthodox katholieke man. Hij vertelde me in de loop van het gesprek dat hij vaak aanstoot nam (zich ergerde) aan de overlij­densad­ver­tenties van protes­tantse gelovi­gen. Daarin wordt vaak met zeker­heid vermeld dat de overlede­ne naar de hemel is gegaan. Dit kon je, zo zei hij, nooit zeker weten. Uitgaande van de katholieke leer had die man volkomen gelijk. De Rooms-katholieke Kerk heeft overigens ook officieel in de geloofsbelijdenis van Trente neer gelegd dat je nooit zeker van je behoud kunt zijn.

 

F.5.2.4. Genade en eigen verdienste sluiten elkaar uit

 

"En indien het door genade is, zo is het niet meer uit werken; anders is de genade geen genade meer" (Romeinen 11:6).

 

Als er ook maar iets eigen inspanning, eigen werken, eigen verdienste bij komt, dan is de genade geen genade meer. Dan is het geschenk geen geschenk meer.

 

F.6.  De tegenstelling tussen Rome en de Reformatie - de vier sola's.

 

Tegenover de leer van de Rooms-katholieke Kerk hebben de reformatoren de vier zogenaamde sola's geformuleerd. Hierin wordt kern van het ver­schil tussen Protes­tant en Rooms-katholiek weergegeven.

 

De vier sola's zijn:

(1) Sola scriptura / alleen de Schrift.

(2) Sola gratia / alleen genade.

(3) Sola fide / alleen geloof.

(4) Sola Christus / alleen Christus.

 

Deze vier sola's zijn de vier grondzuilen van de reformatie[6].

 

De protestant zegt "Sola": alleen de bijbel, alleen geloof, alleen genade, alleen Christus. De Rooms-katholieke Kerk zegt "plus": de bijbel plus de traditie, geloof plus werken, genade plus verdienste, Christus plus Maria en de heiligen.

 

De protestant zegt 'alleen de bijbel', dat wil zeggen de bijbel is de enige bron van kennis (kenbron) van ons geloof. Alles wat we geloven moet op de bijbel gebaseerd zijn en aan de bijbel getoetst worden. Voor een protes­tant is de bijbel beslissend.

Voor een rooms-katholiek is niet de bijbel, maar de mening van de Rooms-katholieke Kerk beslissend. De Rooms-katholieke Kerk put daarbij uit de bijbel plus de apocrie­fe boeken van het OT en de zogenaamde traditie. Voor de protes­tant is de bijbel het hoogste gezag. Voor de rooms-katholiek is dat de kerk, bij monde van de Paus.

Wij geloven wat de bijbel zegt. De rooms-katholiek gelooft, wat zijn kerk hem voorhoudt te geloven.

 

De protestant zegt: de behoudenis is op grond van genade (volle­dig onverdiend) en door middel van het geloof (Efeze 2:8,9). De gerechtigheid wordt ons uit genade, door middel van het geloof, toegerekend. De katholiek zegt: de behoude­nis is het gevolg van genade plus eigen inspanning (waaronder het onderhouden van de sacramenten met name de doop en de biecht).

 

De protestant zegt: alleen Jezus is middelaar. De rooms-katholiek zeg Jezus plus Maria en de Heiligen. Als je wat van God gedaan wilt krijgen kun je Hem het beste via b.v. Maria benaderen. Maria benadert dan weer haar Zoon en die benadert dan weer God de Vader.

 

Tegenover de vier sola's van de protestanten staan dus de vier "plussen" van de rooms-katholieken:

- De bijbel plus de traditie.

- Genade plus eigen verdienste.

- Geloof plus werken (plus de sacramenten).

- Christus plus Maria en de heiligen.

 

F.7. Is de Rooms-katholieke Kerk inmiddels niet veranderd?

 

Zijn ze inmiddels niet van hun dwaalwegen teruggekeerd? Hebben ze hun valse evangelie van 'het geloof plus' inmiddels niet inge­ruild voor het ware evangelie?

 

Ik heb nauwkeurig een aantal van de meest recente officiële leerboeken van de Rooms-katholieke Kerk nagelezen, maar in niet één daarvan wordt duidelijk "de rechtvaardiging door het geloof alleen" (het sola fide en het sola gratia) beleden.

 

Men wil nog steeds niets weten van een toegerekende gerechtig­heid. De blijde ruil waar Luther over sprak: "Hij onze zonden en wij Zijn gerechtigheid". Op grond van het offer van Christus wordt, in ant­woord op ons geloof, ons de gerechtigheid van de Here Jezus toegerekend. "Degene, die niet werkt, maar zijn geloof vestigt op Hem die de goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot gerechtigheid" (Rom. 4:5; 5:1). In de toegerekende gerechtigheid zit de sleutel. De rooms-katholiek kent wel een ingewerkte gerechtigheid maar geen toegerekende gerechtigheid[7].

 

De officiële leer van de Rooms-katholieke Kerk is niet veranderd. De geloofsbelijdenis van Trente[8] is nog steeds van kracht. Volgens canon 833 van het nieuwe rooms-katholieke kerkelijke wetboek dat 27 nov. 1983 van kracht is geworden, moeten de ambtsdragers van de Rooms-katholieke Kerk nog steeds de eed afleggen op de "Geloofsbelijdenis van Trente", waarin zij verklaren zich van ganser harte te stellen achter de uitspraken van Trente.

 

In 1992, dus zeer recent, is de "Katechismus van de Katholieke Kerk" uitgeven. Dit is de officiële Rooms-katholieke catechismus[9]. Deze cate­chismus is goedgekeurd door de Paus en bedoeld voor de gehele rooms-katholieke wereldkerk. Een deskundige op het gebied van het rooms-katholicisme heeft die catechismus doorgelezen en zijn conclusie was "Deze catechismus is roomser dan ooit[10]". De kern van de geloofsbelijdenis van Trente wordt in deze cate­chismus opnieuw bevestigd, plus de valse leringen die de Rooms-katholieke Kerk sinds de tijd van Trente nog aan haar leer heeft toegevoegd, zoals de dogma's over Maria en de onfeilbaarheid van de Paus. Het heeft me bij lezing van de catechismus verbaasd hoe open­lijk en zonder omwegen in deze catechismus de leringen van Trente worden herhaald.

 

Ook tijdens het Tweede Vaticaans Conci­lie is in princi­pe de leer van Trente gehand­haafd, alleen heeft men via allerlei omwegge­tjes gepro­beerd die leer iets te ver­zachten.

 

In de tweede helft van de vorige eeuw is de leertucht binnen de Rooms-katholieke Kerk verslapt. Door politieke ontwikkelingen konden ze niet langer de overheid gebruiken om dissidenten uit te schakelen. Mede als gevolg daarvan is ook binnen de Rooms­-katholieke Kerk een sterke stroming van vrijzinnigen[11] opgeko­men. In het tweede deel van de vorige eeuw is de charismatische beweging de Rooms-katholieke Kerk binnen gekomen. Het gevolg is een gevaarlijke vermenging van rooms-katholieke en charismatische leringen en ervaringen. Kardinaal Sunens, de eerste leider van de katholieke charismatische beweging, zei dat sinds zijn doop in de Geest zijn toewij­ding voor Maria nog toegeno­men was.

 

F.8. De Rooms-katholieke Kerk is een valse kerk.

 

We mogen met zekerheid stellen dat een kerk die, in haar offici­ële geloofsbe­lijde­nis, de kern van het ware evangelie heeft ver­vloekt, zonder enige nuancering, een valse kerk genoemd moet worden.

 

Het verschil tussen de Rooms-katholieke Kerk en b.v. de Nederlands Hervormde Kerk is dat in de officiële belijdenis van de Rooms-katholieke Kerk de kern van het ware evangelie wordt vervloekt, terwijl in de belijdenisge­schriften van de Nederlands Hervormde Kerk het ware evangelie juist wordt beleden. Helaas wordt in de Nederlands Hervormde Kerk als geheel de leertucht niet gehandhaafd.

 

F.9. Nog meer gruwelen

 

Naast de bovengenoemde verwerping van de Schrift als het enige en het hoogste gezag en de verwerping van het ware evangelie, zijn er in de Rooms-katholieke Kerk nog vele andere gruwelen.

 

Denk daarbij aan:

 

F.9.1. De Mariaverering

 

Maria wordt beschouwd als middelares van alle genade.

 

De katholieke verering van Maria is aantoonbaar een synthese (een samenvoeging) van de dienst aan de moedergodin, zoals die in allerlei heidense godsdiensten in verschillende vormen werd vereerd, en enkele bijbel­se gegevens over Maria[12]. De verering van de moedergodin is afkomstig uit Babel, Babylon, en gegroeid uit de verering van koningin Seramis.

 

De katholieke kerk heeft allerlei dogma's over Maria aan de bijbelse leer toegevoegd: Maria is volgens hen altijd maagd gebleven, ze is, zo stelt men, onbevlekt ontvangen en ze is licha­me­lijk ten hemel gevaren.

 

Een afgod is alles wat in de praktijk van het geloofsleven de plaats van God en van Christus inneemt. In die zin wordt er afgoderij met Maria bedreven.

 

Verder is er het gegeven dat Maria blijkbaar de gewoonte heeft om zo af en toe ergens te verschijnen. De Rooms-katholieke Kerk heeft een aantal van die verschijningen als echt erkend. De realiteit is dat achter die verschij­ningen demonen schuil gaan. Vanuit de bijbel weten we dat overleden mensen geen contact met de leven­den hebben. Dus moeten deze verschijnin­gen ofwel bedrog zijn ofwel, en dat is veel waar­schijnlijker, zijn het demonische misleidin­gen.

 

De demonen passen zich aan hun 'doelgroep' aan. Als de mensen b.v. in Ufo's en 'aliens' (buitenaardse wezens) van andere planeten geloven dan ver­schij­nen ze als buiten­aardse wezens. Op dezelfde manier verschij­nen ze aan (orthodoxe) katholieken als Maria.

 

De Mariaverering is (net als alle andere afgoderij) een bron voor demonische activiteit en demonische gebondenheid.

 

De huidige Paus is een felle Mariavereerder. Hij heeft een tijd geleden de wereld opgedragen aan Maria.

 

F.9.2. Het aanroepen van de doden

 

Naast Maria bidden de rooms-katholieken ook nog tot allerlei overleden zogenaamde "heiligen". Dit komt neer op het aanroepen en contact zoeken met doden. En dat is iets wat de bijbel zeer streng heeft verboden. Niet dat je contact kunt krijgen met overleden mensen, maar je opent de deur voor demoni­sche machten die zich als overleden mensen gaan voordoen.

  

F.9.3. De pauselijke pretenties

 

Hij laat zich heilige vader noemen. Dat is de titel (de naam) waar de Here Jezus God de Vader mee aansprak in het hogepriester­lijk gebed (Joh 17:11). Het toe-eigenen van deze naam door een mens is ronduit godslaster­lijk. Waar halen hij en de rooms-katholieken de vermetelheid vandaan om dit te doen? Hoe kan een protestant, hoe kan iemand die de bijbel serieus neemt, deze gruwel verdragen?

 

De paus zou de plaatsvervanger van Christus zijn. De opvolger van Petrus. Hij maakt aanspraak op gezag over de gehele Christenheid.

 

De paus zou onfeilbaar zijn, als hij ex cathedra, d.w.z. krachtens zijn ambt als Paus, spreekt.

 

F.9.4. De mis, transsubstantiatie, aanbidding van brood en wijn

 

In de mis zou, volgens de rooms-katholieke leer, op een bepaald moment het brood en de wijn veranderen in het lichaam van Christus. Dat stukje brood en die wijn[13] worden dan ook letterlijk aanbe­den[14]. Deze aanbidding is het bedrijven van pure afgoderij met een stuk brood en wat wijn.

 

In de Hebreeënbrief staat dat het offer van Christus voor eens en altijd gebracht is, maar door een subtiel woordenspel (het offer van Christus wordt in de mis, zo stelt men, tegenwoordig gesteld, etc) maakt men de mis toch tot een waar offer.

 

F.8.5. Nogmaals het sacramentele systeem

 

In het rooms-katholieke systeem staan de sacramenten centraal. De genade komt tot ons via de sacramenten.

De genade wordt ons via de sacramenten "ingegoten".

 

Voor het begrijpen van het rooms-katholieke sacramentele systeem is het van belang om te beseffen dat de Rooms-katholieke Kerk onderscheid maakt tussen doodzonden en dagelijkse zonden. Alleen doodzonden maken dat je verloren gaat. Wat precies een doodzonde is geeft de Rooms-katholieke Kerk aan.

 

Door de doop ontvangen we de genade van de wedergeboorte en komen we in de staat van genade. We ontvangen op dat moment heiligende genade. Via de doop komen we dus op de weg naar de hemel.

 

Door het begaan van doodzon­den, die we na onze doop doen, vallen we uit die staat van genade maar door de biecht (door de absolu­tie van de priester) komen we weer terug in de staat van genade.

 

Het komt er dus op aan dat je geen doodzonden doet en dat je de doodzon­den die je wel doet, met het juiste voorgeschreven berouw, belijdt aan een officiële priester, zodat je de absolutie ont­vangt. Als je dat niet doet, dan haal je de hemel niet.

 

De Rooms-katholieke Kerk leert dan ook dat de sacramenten noodzakelijk zijn voor het behoud[15].

 

Voor de genade ben je volledig afhankelijk van de priester. Want die alleen kan de sacramenten bedienen die absoluut nodig zijn om behouden te kunnen worden.

 

Er is dus ook geen directe vergeving van doodzonden. Vergeving van doodzonden is alleen te verkrijgen via de priester en de biecht.

 

Buiten de moederkerk is er, in principe, geen behoude­nis. Want alleen in de moederkerk, zo claimt de Rooms-katholieke Kerk, zijn priesters die de sacramen­ten kunnen bedienen.

 

De sacramenten zijn dus verbonden met het priesterschap. Het priesterschap is zelf ook weer een sacrament. Door het sacrament van het priesterschap te ondergaan wordt iemand pries­ter. Zo draagt de ene priester het priesterschap over op de andere. (apostolische successie)

F.10. Is de Paus een geliefde medebroeder of een valse leraar?

 

De Paus brengt een vals evangelie. Hij is een hartstochtelijke Mariavereerder. Hij laat zich "heilige vader noemen".

 

Volgens bijbelse normen is de Paus een valse leraar met duidelij­ke antichristelijke trekken.

 

F.11. Zijn er dan geen ware gelovigen in de Rooms-katholieke Kerk?

 

Die zullen er ongetwijfeld zijn. Dat komt omdat vele rooms-katholieken toch in contact komen met de persoon van Jezus. Onder meer door het lezen van de bijbel.

 

Die mensen zijn dan tot overgave aan Jezus gekomen, waarbij ze het niet meer van zichzelf verwachten. Die mensen zijn bekeerd niet dankzij de officiële rooms-katholieke leer, maar ondanks die leer. In hun hart zijn het dan eigenlijk geen katholieken meer, daar ze niet meer achter het valse evangelie van de Rooms-katholieke Kerk staan. Als een rooms-katholiek gelooft wat zijn kerk hem leert, dan kan hij geen ware gelovige zijn.

 

F.12. Onze relatie met katholieken, met katholieke priesters en met de                               Rooms-katholieke Kerk.

 

F.12.1. Met katholieken in het algemeen

 

Als ze geloven wat de Rooms-katholieke Kerk leert, dan kunnen we ze niet als medegelovigen erkennen. We mogen hen niet de broederhand geven.

 

De gruwelen van de Rooms-katholieke Kerk moeten we verafschuwen, maar de rooms-katholieke mens niet. Tegenover de Rooms-katholieke mens past bewogenheid. Ook aan hen moet het goede evangelie gepredikt worden.

 

F.12.2. Met katholieke priesters en de Rooms-katholieke Kerk

 

Voor katholieke priesters geldt hetzelfde als hierboven is gezegd met betrekking tot de rooms-katholiek in het algemeen, maar ten aanzien van hen is er nog een extra overweging.

 

Rooms-katholieke priesters zijn officiële vertegenwoordigers van de Rooms-katholieke Kerk, zij staan voor alles wat die kerk vertegenwoordigt. In de omgang met hen moet zeker alle schijn vermeden worden dat we hen erken­nen als medegelovigen. Hen kunnen en mogen we zeker niet de broederhand geven.

 

Als we dat toch zouden doen, hen de broederhand geven, dan zou zeker gelden wat in 2 Johannes vers 11 staat. Dan hebben we deel aan hun boze werken. "Want wie hem welkom heet, heeft deel aan zijn boze werken". Het gaat hier, in deze tekst, om het ontkennen van de vleeswording (de menswording) van Christus. Dat is een fundamentele dwaling. Het ontkennen van de rechtvaardiging door het geloof alleen is net zo'n fundamente­le dwaling en daarom geldt deze waarschuwing ook in dat geval.

 

Als je Rooms-katholieke priesters, en andere vertegenwoordigers van de Rooms-katholiek Kerk, als medegelovige erkent en behandelt zend je de boodschap uit dat er geen echt fundamenteel verschil is tussen het evange­lie van de Rooms-katholieke Kerk en de boodschap van de bijbel. Dat doen is een zware zonde. Dan word je medeplichtig aan het verloren gaan van de vele zielen, die misleid zijn door het rooms-katholieke systeem. Dan breng je ook de eigen protestantse 'schapen' in gevaar.

 

F.12.3. Maar als die priester het evangelie gelooft?

 

Is dat zo? Gelooft b.v. kardinaal Simonis of gelooft de Paus of andere rooms-katholiek leiders dan in het bijbelse evange­lie? Hebt u hen ooit helder en ondubbelzin­nig het bijbelse evangelie horen verkon­digen? Ik niet.

 

Als ze werkelijk de rechtvaardiging door het geloof zouden aanvaarden, dan zouden ze ook het gehele rooms-katholieke sacramen­tele systeem op moeten geven. Dan heb je namelijk geen sacra­menten meer nodig die 'ex opere operato" (krachtens eigen wer­king) de genade overbren­gen.

 

Hebt u hen ooit de rechtvaardiging door het geloof (de toegere­kende gerechtigheid) horen verkondigen? In het rooms-katholieke systeem is er geen directe vergeving in antwoord op het persoonlijke geloof van de christen, daar komt de vergeving door doop en door biecht en soms door een aflaat.

 

Ik kan zo'n belijdenis niet serieus nemen. Wat is dat voor een "gelovige", die belijdt in het bijbelse evangelie te geloven, terwijl hij daarnaast rustig lid en vertegenwoordiger van een kerk blijft, die het geloof in datzelfde bijbelse evangelie heeft vervloekt. Ja, terwijl hij daarnaast persoonlijk doorgaat met het veronderstelde uitdelen van de genade door het bedienen van de sacramenten. Als je zoiets doet, spreken je daden harder dan je belijdenis.

 

Het is wel begrijpelijk dat iemand, die het ware evangelie leert kennen terwijl hij priester is, strijd kan hebben met zich van deze valse kerk los te maken. Maar het is wat anders als iemand belijdt het bijbelse evangelie te geloven (het sola fide en het sola gratia) en toch bewust de keuze maakt om lid van deze valse kerk te blijven. Als je dat doet, dan neem je de bijbel en het evangelie niet serieus en trouwens ook de eigen Rooms-katholieke Kerk niet. Dan ben je niet integer en wat moeten we met iemand die niet integer is?

 

F.13. Samenwerking en gemeenschap met rooms-katholieken?

 

Als je gaat samenwerken met de Rooms-katholieke Kerk dan heb je deel aan haar boze werken[16]. Daarnaast is zulk een samenwerking en ook het samen op­trekken zeer gevaarlijk. Valse leer werkt als zuurde­sem. Als je met valse leraars omgaat, zal de valse leer in de eigen gemeen­ten en het eigen denken gaan doordringen[17].

 

De valse leer van de Rooms-katholieke Kerk zit goed in elkaar. Het is een 'prachtig' sluitend geheel. Neem b.v. de vrij recent uitgege­ven officiële "Katechismus van de Katholieke kerk'. Daarin worden niet alleen alle klassieke rooms-katholieke dwalingen verkondigd, maar daar­naast worden ze ook ingenieus verdedigd. Er worden vele bijbel­teksten bijge­haald en spits­vondige redene­ringen, die op het eerste gezicht overtui­gend zijn. Alleen als je zelf de bijbel goed kent en de kracht van de Heilige Geest in je eigen leven ervaart kun je de soms subtiele dwalin­gen onderkennen. "Gij dwaalt, want gij kent noch de Schriften noch de kracht Gods" (Mattheus 22:29).

Ik zou het dan ook niet aanraden om zomaar, zonder begeleiding, iedereen deze cate­chismus te laten lezen. Het is wat helderheid en presentatie betreft een meesterwerk. Daar komt nog bij dat er een grote bekoring voor het vlees, voor het onafhan­kelijke en onverbroken zielele­ven, van de leer en de ceremoniën van de Rooms-katholieke Kerk uitgaat. De rooms-katholieke eredienst met al zijn rituelen sluit aan bij de ongezon­de hang naar mystiek onder vleselijke christe­nen.

 

Het accepteren van rooms-katholieke mensen als medegelovigen verduistert ook je getuigenis. De mensen zien geen verschil meer tussen het ware en het valse evangelie. Je kunt daarnaast ook niet meer duidelijk zijn over de dwalingen van de Rooms-katholieke Kerk, want dan zou je rooms-katholieke medege­lovigen afstoten en kwetsen en dat mag niet, dat zou 'onchriste­lijk' zijn, en dat zou ons (b.v. de EO) vele leden kosten.

 

F.14. Geen dialoog maar verkondiging

 

We moeten de rooms-katholieken het ware bijbelse evangelie bren­gen. Daarbij moeten we er van uitgaan, dat iemand, die gelooft wat de Rooms-katholieke Kerk hem voorhoudt te geloven, niet behouden is.

 

Geen dialoog, want de term dialoog veronderstelt meestal dat men elkaar wederzijds erkent als ware gelovigen.

  

F.15. Pogingen gedaan om het fundamen­tele verschil tussen rooms-katholiek en            protestant te verdoezelen

 

Op verschillende manieren wordt getracht om het leerstellige verschil tussen het evangelie dat Rome brengt en het evangelie van Paulus uit te wissen.

 

F.15.1. Door een bedrieglijk spel met woorden te spelen

 

Zowel Rome als de Reformatie spreken over genade. Zo heeft Kardinaal Simonis verklaard dat hij het behoud ook van genade verwacht. Wat wordt verzwegen is, dat Simonis en de protestanten onder genade iets anders verstaan. Bij Simonis is het de ingego­ten genade, die we ontvangen door de sacramenten. Door die "gena­de" worden we behouden. Terwijl een protestant met genade bedoelt, dat het eeuwig leven een geschenk is, dat we door geloof ontvan­gen. Los van eigen werken of sacramenten.

 

F.15.2. Men zoekt de eenheid uitsluitend in de persoon van Christus en niet in de                         verlossingsleer

 

Dit is de weg, die ook door de Wereldraad van Kerken is gekozen. Elke kerk, die belijdt dat Jezus de Zoon van God is wordt daar als medekerk van Christus erkend. Over de verlossingsleer wordt niet gesproken.

 

Als je deze weg kiest voor de verhouding met Rome, dan is het probleem opgelost want op het punt van de drie-eenheid en de persoon van Chris­tus is er geen verschil tussen protestant­ en rooms-katholiek.

 

F.15.3. Men stelt dat de protestantse reformatie berust op een gigantisch misverstand.

 

Het is tegen­woordig popu­lair om te stellen dat de reformatoren en de rooms-katholieke contra-reformato­ren het eigenlijk ten ­diep­ste toch met elkaar eens waren. Ze hebben elkaar, zo stelt men dan, helaas ver­keerd begre­pen (geïnterpreteerd) en ze hebben niet ingezien, dat hun eigen theologische posities eigenlijk ook niet meer dan beperkte menselijke interpretaties waren. Het hele leer­stellige conflict Reformatie-Rome was eigenlijk niet meer dan een gigan­tisch misver­stand. 

 

F.15.4. Men relativeert de leer

 

Onder invloed van W.J. Ouweneel wordt tegenwoordig nog al eens een onderscheid gemaakt tussen geloofskennis en theologische kennis[18]. Met behulp daarvan wordt het leerstellig verschil tussen Rome en de Reformatie gerela­tiveerd.

De theorie gaat dan als volgt: Op het diepere geloofsniveau is men het eens. Rome en Reformatie belijden allebei door genade zalig te worden. Dat voelen ze allebei intuïtief aan. Zo­wel Rome als Reformatie hebben daarnaast ook een theologi­sche leer over het ontvangen van de genade en de rechtvaardiging ontwik­keld. Die twee theologische overtuigingen staan wel tegen­over elkaar, maar dat is niet erg. Het is toch maar theologische kennis. Wat verenigt is het geloof (de geloofsken­nis). Het ware geloof (de geloofskennis), zo stelt men, gaat toch boven die menselijke en gebrekkige rationele rechtvaardigings- en genadeleer uit. Op geloofsniveau is er eenheid, op rationeel leerstellig niveau niet.

 

Uit een recent door ds. J.H. Hegger gepubliceerd boek[19] blijkt helaas, dat hij sinds enige tijd ook dit standpunt aanhangt. Hegger zegt[20] dat wij, die in Chris­tus geloven (en daar bedoelt hij zowel de protestant als de rooms-katholiek mee), één zijn in de levende Christus. Hij spreekt over "de innerlijke eenheid in Hem". Door elkaar te ontmoeten in de levende Christus, denkt hij boven de verschillen uit te kunnen stijgen[21]. De Christuserva­ring doet boven fundamentele leer­stel­lige verschillen uitstijgen. Hij pleit voor het afwerpen van allerlei denkconstructies die we, volgens hem, soms van heidense filosofen hebben overgenomen[22]. Zo denkt Hegger tegenwoordig over dogma, over de leer.

Zou hij de leer over de rechtvaardiging door het geloof (het Sola Fide en Sola Gratia) ook beschouwen als een denkconstructie die afgewor­pen moet worden? Die denkconstructies (de leer) vormen, volgens hem, nodeloze barricades om, door het geloof vanuit de liefde, de eenheid met elkaar in Christus te beleven.

 

Als Hegger in de situatie van Paulus was geweest, toen deze hoorde van de vermenging tussen wet en genade, zoals dit door sommi­gen in de gemeenten van Galatië werd geleerd, dan zou hij de zaak veel anders hebben aangepakt. Hij zou de zaak veel 'geestelijker' en vooral veel liefdevoller hebben aangepakt. In plaats van Paulus' 'bittere' polemiek (die zij vervloekt, die zij ver­vloekt, let op de honden, geen ogenblik gedwee opzij gegaan, etc[23]) zou hij de weg van ‘het vriendelijk vragen stellen aan elkaar’ hebben gevolgd. En natuurlijk zou hij die valse leraars als broeders in de Heer hebben aanvaard. Zij geloofden immers ook dat Jezus de door God gezonden Messias, de Zoon van de levende God, is. De ontmoeting met de levende Christus zou hem en de valse leraars boven hun leerstel­lige verschillen hebben doen uitstij­gen.

 

F.15.5. Niet de leer maar de Heer

 

Men redeneert: "Hij gelooft toch in Jezus en verwacht het van genade? Ik herken het leven in hem of haar. Nou dan." Verder moet je geen inhoudelijke vragen stellen, zoals de vraag wat er bedoeld wordt met "het van de genade verwachten".

 

F.15.6. Men stelt de orthodox protestantse rechtvaardigingsleer ter discussie

 

Langzamerhand komen er stemmen die in deze richting gaan. De bijbelse leer over de toegerekende gerechtigheid, die we recht­streeks van God ontvangen, zonder bemiddeling van een pries­ter, is het grootste struikelblok in de relatie tussen protestant en de Rooms-katholieke Kerk. Het grote breekpunt is de zogenaamde toegerekende gerechtigheid.

 

(Deze gedachten worden uitgedragen door mensen als W.J. Ouweneel, die tegenwoordig alle theologie relati­veert. En C.S. Lewis die zegt: het gaat erom dat je gelooft, dat Jezus is gestorven en opgewekt. Het is niet echt van belang, hoe je denkt over de betekenis van Christus dood. )

 

F.15.7. Men stelt dat beiden de kern juist hebben, maar daarna aller­lei dingen hebben                  toegevoegd.

 

Dit is niet juist, want de twee kernvragen van het evangelie zijn: (1) wie is Christus en (2) wat moet een mens doen om behouden te worden. Op de tweede vraag geven Rome en Reformatie een princi­pieel verschillend en tegengesteld antwoord. Bij de beantwoording van de tweede vraag heeft Rome niet slechts aan de Schrift toegevoegd, ze gaat er rechtstreeks tegenin. Rome zit fout in de kern. Er moet eenheid zijn in noodzakelijke dingen en dan mag er vrijheid zijn in het niet-noodzakelijke. Met Rome is er geen eenheid in het noodzakelijke.

 

F.15.8. Met legt de nadruk op wat ons verenigt

 

Dit wordt van beide zijden bewust gedaan. Kardinaal Simonis schrijft in het voorwoord van zijn boek over het gebed[24], dat hij speciaal het 'Onze Vader' heeft genomen omdat protestant en katholiek dit gemeen hebben.

 

Er is toch veel wat ons verenigt? Dat klopt, maar er zijn ook fundamentele geloofszaken, die ons scheiden, zoals het meest fundamentele feit dat de Rooms-katholieke Kerk een ander evangelie brengt (Zie de Galatenbrief).

 

Een halve waarheid is erger dan een hele leugen. Door alleen te noemen wat ons verbindt en te verzwijgen wat verdeelt, wordt bedrog gepleegd[25]. Zo wordt de waarheid geweld aan gedaan.

 

F.16. Aanpassing aan de plaatselijke religieuze situatie

 

Dit heeft de Rooms-katholieke Kerk altijd gedaan. B.v. in Cuba schuift ze in vormen en geloofsinhoud op in de richting van de dienst van een daar populai­re godin. In Nederland is de evangelische beweging een grote kracht. Vandaar dat de Nederlandse Rooms-katholieke Kerk in die richting opschuift. Dit is echter altijd een plaatselijk ver­schijnsel.

Je kunt het verschil duide­lijk zien, als je de inhoud van de catechismus van de Neder­landse en Belgische bisschoppen verge­lijkt met de, door het centrale gezag in Rome uitgegeven, katho­lie­ke catechismus. In de catechismus van de Nederlandse en Belgische bisschoppen probeert men b.v. tot het uiter­ste randje te gaan als het om de rechtvaardiging gaat, maar de laatste en principiële stap van de toegerekende gerechtigheid die we, door het geloof en los van de sacramenten, ontvangen wordt niet geno­men.

 

 

 

 

F.17. Het verraad van vele evangelische leiders

 

Een groot gedeelte van de evangelische beweging is zich aan het uitleveren aan de Rooms-katholieke kerk. Zie wat b.v. de EO doet ten aanzien van Simonis. Deze wordt door de EO behandeld als een medegelovige. Ds. Van de Veer wees mijn uit­spraak, dat Simonis een valse leraar is af. Door hem in feite de broederhand te geven zendt men naar de achterban het signaal uit dat er geen princi­pieel verschil meer is tussen Rome en Reformatie.

 

Iemand als Billy Graham werkt reeds lang samen met de Rooms-katholieke Kerk, als hij ergens een campagne houdt. Als mensen, die naar voren zijn geko­men, een rooms-katholieke achtergrond hebben, zendt hij ze naar de rooms-katholieke kerk terug voor "nazorg". Een zendingsor­ganisatie, die zich speciaal richt op katholieken, was niet meer welkom tijdens één van zijn evangelisatiecampagnes. Graham heeft de Paus een evangeli­sche broeder genoemd. Enzovoorts.

 

In Amerika is er een werkgroep, die zich "Evangelicals and Catho­lics Together" noemt. Aan die groep (de ECT) nemen enkele voor­aan­staande katholieken (op persoonlijke titel) deel en enkele zeer vooraan­staande evangelische leiders waaronder Charles Colson, J.I. Packer, Pat Robertsen en Bill Bright.

Ze hebben reeds enkele documenten (ECT en ECT-2) uitgegeven, waarin men stelt dat er in feite geen principieel verschil bestaat tussen het evange­lie dat Rome en het evangelie dat de evangelischen brengen. Men accepteert elkaar als ware gelovigen.

 

 

 

 



 [1]Zie hoofdstuk 3.

 

 [2]Zie punt F.4.

 

    [3] Voor nog meer citaten zie de brochure "Rome en de bijbel". Geschreven door H.J. Hegger.

 [4]Efeze 2:8,9. Zie de studie over de verlossing, over de rechtvaardiging.

    [5]Katechismus van de Katholieke Kerk, p. 258 (1129). "De kerk verklaart dat de sacramenten ..

        heilsnoodzake­lijk zijn voor de gelovigen"

 

    [6]Het sola scriptura wordt wel het formele beginsel van de Reforma­tie genoemd en het sola gratia en sola fide het materiële begin­sel. Bij het sola scriptura gaat het om het uitgangspunt, je gaat alleen van de bijbel uit. En bij het sola gratia en sola fide gaat het om de inhoud. Daar gaat het om de vraag: "Wat moet ik doen om behouden te worden?".

 

 [7]Zie de bijbelstudie over de verlossing, de bespreking van de rechtvaardiging.

 

 [8]Zie punt F.5.1.

 

 [9]Een catechismus is een boek, waarin de leer wordt uiteengezet, meestal in vraag en antwoord vorm.

 

    [10]Het verslag van zijn beoordeling staat in appendix C van de studie “Wat is er aan de hand in de evangelische wereld?”  Deze studie staat op mijn homepage <<http://www.solcon.nl/apgeelhoed>>

 

    [11]Vrijzinnige protestanten stellen hun eigen inzicht (analy­ses, beoordelingen) boven de bijbel. Vrijzinnige katholieken stellen hun eigen inzicht boven de  officiele leer van de Rooms-­katholieke Kerk.

    [12] Zie het bekende boek "The two Babylons" van Alexander Hyslop. New York: Loizeaux Brothers. 1959 (1-ste dr. 1853).  In deze klassieker toont Hyslop met een overvloed aan gegevens en zeer gedocumenteerd, de juistheid van onder meer deze stelling aan.

    [13] Men spreekt over de mis als het allerheiligst sacrament.Maar ook het brood en de wijn, na de veronderstelde verandering in het werkelijke lichaam en het werkelijke bloed van Christus, worden het allerheiligst sacrament genoemd.

 

    [14] Rooms-katholieke Katechismus, p. 308 (1378) "een diepe buiging maken als teken van aanbidding",  "De katholieke kerk kent deze eredienst van aanbidding (van de hostie en de wijn) toe aan het sacrament van de eucharistie, niet alleen gedurende de mis, maar ook buiten deze viering. Met de grootste zorg bewaart zij de geconsacreerde hosties, biedt ze de christengelovigen ter plechtige verering aan en draagt zij ze in processie rond"

 

    [15] Katechismus van de Katholieke Kerk, p. 258 (1129) "De kerk verklaart dat de sacramenten ..          heilsnoodzake­lijk zijn voor de gelovigen"

 

 [16]Zie hoofdstuk 17, speciaal punt 17.2.2.

 

 [17]Zie hoofdstuk 17, punt 17.2.1.

 [18]Voor een bespreking van de gevolgen van dit onderscheid (het onbijbelse onderscheid tussen geloofskennis en theologie, de leer) zie hoofdstuk 4 van de studie “Wat is er aan de hand in de evangelische wereld?”, de studie staat op mijn homepage <<http://www.solcon.nl/apgeelhoed>>

 

    [19] Eén in de levende Christus, H.J. Hegger, 1999,

    [20] Eén in de levende Christus, hoofdstuk 2.

    [21] Eén in de levende Christus, hoofdstuk 4.

    [22] Eén in de levende Christus, hoofdstuk 4.

    [23] Filippenzen 3:2 / Galaten 1:8,9 / Galaten 2:4,5

    [24] Op de adem van het leven, A.J. Simonis, Kok Kampen.

        

    [25] In plaats van ze te verzwijgen worden de verschillen ook

         als niet fundamenteel voorgesteld.