Nieuwsbulletin nr. 18 Vervolg homoseksualiteit
·
Een kort overzicht van de
kern van de zaak
·
J.G. Fijnvandraat waarschuwt
tegen Ouweneels boek "seks in de kerk"
·
Dr. Jan Hoek neemt het
denken van Ouweneel over
·
Het onterechte verwijt van
dr. Hoek
·
Het bederf is al ver
doorgedrongen in de meeste orthodox reformatorische kerken
·
De lont in het kruitvat van
de Christen Unie
·
De capitulatie van de
Christen Unie
·
Hoeks misbruik van het
pastorale argument
·
Nieuwe artikelen.
·
Tenslotte nog dit: Houdt
moed
Een kort overzicht van de
kern van de zaak
Wat
zegt de bijbel over homoseksueel gedrag?
1. Er is de grote lijn van de bijbel over
huwelijk en seksualiteit.
God
heeft het huwelijk ingesteld tussen man en vrouw (Gen. 2:24). Biologisch en
emotioneel heeft God man en vrouw op elkaar afgestemd. Seksualiteit hoort
binnen de huwelijksrelatie tussen man en vrouw.
2. Er is het directe verbod op
en de veroordeling van homoseksuele praktijk
In
de bijbel wordt homoseksuele praktijk herhaaldelijk verboden en het wordt beschouwd
als een ernstige zonde. Onder de wet van Mozes stond er zelfs de doodstraf op.
Ook in het Nieuwe Testament wordt homoseksueel gedrag veroordeeld. Dit zijn de
sleutelgedeelten: Leviticus 18:22, Leviticus 20:13, Romeinen 1:26,27, 1 Kor. 6:9-11 en 1 Tim.
1:8-10.
Samenvattend:
Homoseksueel gedrag is tegennatuurlijk en in strijd met Gods scheppingsorde.
Het is een gruwel voor God. Deze ernstige zonde mag niet binnen de gemeenten
getolereerd worden.
Dit
is het orthodoxe standpunt.
Er
is nooit een ander standpunt geweest
Mensen die de bijbel aanvaardden als het hoogste gezag zijn in de
kerkgeschiedenis nooit tot een ander
standpunt gekomen. Er
is in meer dan negentienhonderd jaar kerkgeschiedenis nooit anders over gedacht.
Dat komt omdat de bijbel op dit punt helder is.
De
laatste tijd is daar verandering in gekomen. Onder druk van de seculiere
homolobby zijn sinds het midden van de vorige eeuw vrijzinnige theologen de
duidelijke uitspraken van de bijbel aan het wegredeneren.
De laatste tijd zien we dat steeds meer neo-evangelische leiders redeneringen
van deze vrijzinnige theologen beginnen over te nemen.
Dit
heeft er toe geleid dat er momenteel drie posities zijn in de evangelische
beweging en de orthodox reformatorische kerken.
Drie
posities
Ten
eerste is er het hierboven beschreven orthodoxe standpunt.
Ten
tweede is er het standpunt dat er niets zondigs is aan homoseksualiteit en dat
een christen in een homoseksuele relatie kan leven. Om dit standpunt te kunnen
aanhangen moet men zowel de bijbelse lijn over huwelijk en seksualiteit (1) als
het directe verbod en de veroordeling van homoseksualiteit opzij schuiven (2).
En
ten derde is er het tussenstandpunt. Hier houdt men wel vast aan de grote
bijbelse lijn ten aanzien van huwelijk en seksualiteit (1). Men stelt nog
steeds terecht dat homoseksuele relaties tegen Gods bedoeling voor de mens en
het huwelijk ingaan. Daar van afwijken is zonde. Maar men vindt deze zonde niet
al te ernstig. Niet ernstig genoeg om mensen die in een homoseksuele relatie
leven uit de gemeente te verwijderen. Dit standpunt kun je alleen innemen als
je de directe bijbelse verboden en de directe veroordeling van homoseksualiteit
(2) weg redeneert. Dat is dan ook precies wat deze groep doet. Een voorbeeld
hiervan is W.J. Ouweneel in zijn boek "Seks in de kerk". Het gevolg
van dit tussenstandpunt is dat homoseksuele relaties in de gemeenten moeten
worden getolereerd.
De
kernvraag
De
kernvraag is hoe de sleutelteksten moeten worden verstaan. Daar zou het debat
over moeten gaan! Het gaat in het bijzonder om Leviticus 18:22, Leviticus
20:13, Romeinen 1:26,27, 1 Kor. 6:9-11
en 1 Tim. 1:8-10.
Voor
een bespreking van deze bijbelgedeelten, klik hier.
J.G. Fijnvandraat waarschuwt tegen Ouweneels
boek "Seks in de kerk"
Fijnvandraat
is één van de bekendste Bijbelleraren in de kring van de vergadering van
gelovigen. Hij heeft een recensie van Ouweneels boek "Seks in de
Kerk" op zijn site gezet. Hij bespreekt het gehele boek, maar hij gaat het
diepst in op het hoofdstuk over homoseksualiteit. (Klik hier
voor de recensie)
Fijnvandraat
stelt dat Ouweneels uitleg van de sleutelpassages over homoseksualiteit
'rammelt'. Ik citeer uit de recensie: "W.J. Ouweneel geeft van
Schriftplaatsen in het Oude Testament die homoseksueel handelen verbieden een
uitleg die 'rammelt'." Als voorbeeld bespreekt en weerlegt hij Ouweneels 'rammelende' uitleg van Leviticus
18:22 en Leviticus 20:13.
Fijnvandraat
vermeldt dat er veel goede dingen in het boek staan, maar toch veroordeelt hij
het boek in zijn totaliteit. Dat komt omdat de dwalingen over homoseksualiteit
die in het boek staan, het boek gevaarlijk maken. In dat verband gebruikt
Fijnvandraat onder meer het beeld van gif. Er zit volgens hem gif in het boek.
Dat is een sprekend beeld dat genoeg zegt over de ernst van de zaak.
Ouweneel
heeft in zijn boek 'Seks in de Kerk" de theoretische grondslag gelegd voor
het gedogen van homoseksuele relaties in de gemeenten. (Klik hier)
Het was slechts een kwestie van tijd voordat andere neo-evangelische en
neo-reformatorische leiders zijn standpunten geheel of gedeeltelijk zouden gaan
overnemen.
Dr. Jan Hoek neemt het
denken van Ouweneel over
Jan
Hoek is bijzonder hoogleraar gereformeerde spiritualiteit, namens de Gereformeerde
Bond. Hij sprak 21 augustus van dit jaar tijdens een studieweek voor de
theologiestudenten van de Gereformeerde Bond. Het thema van de studieweek was
‘gereformeerde hermeneutiek’. Hij sprak over homoseksualiteit.
Uit
het verslag van de bijeenkomst blijkt dat ook hij de twee teksten uit Leviticus
anders uitlegt. Ik citeer uit het verslag
van zijn lezing in het Nederlands Dagblad:
"Wie
hier de nuancering uit het oog verliest en elke homoseksuele handeling
vereenzelvigt met de gruwelen uit Leviticus, kan pastoraal niets voor de mensen
betekenen."
Achter
deze uitspraak van Hoek zit zijn 'niet traditionele' uitleg van de teksten uit
Leviticus.
Hij
zegt dat niet elke homoseksuele handeling onder het verbod uit Leviticus 18:22
en 20:13 valt. Er zijn volgens hem blijkbaar homoseksuele handelingen die niet
onder het verbod uit Leviticus vallen en die daarom in Gods ogen geen gruwel
zijn.
Gods
Woord zegt wel in Leviticus 18:22 dat het een gruwel is als een man met een
andere man gemeenschap heeft. Ik citeer: "Gij zult geen gemeenschap hebben
met een, die van het mannelijk geslacht is, zoals men gemeenschap heeft met een
vrouw: een gruwel is het." Maar Hoek stelt dat je dit genuanceerder moet
zien.
Uit
andere delen van zijn toespraak blijkt hoe we, volgens hem, deze teksten moeten
verstaan. Hoek maakt, net als Ouweneel, onderscheid tussen aan de ene kant
losse homoseksuele contacten en aan de andere kant een homoseksuele relatie in
liefde en trouw. De losse homoseksuele contacten vallen dan, in de zienswijze
van Hoek, onder de gruwelen waar Leviticus over spreekt. De uitleving van
homoseksualiteit in een monogame relatie niet.
Vandaar
dat Hoek in zijn lezing stelde dat een man die overspel pleegt en daarmee zijn
vrouw bedriegt groter zonde doet dan wie in een homoseksuele relatie in liefde
en trouw met een vriend samenwoont. Volgens Hoek is een zonde op homoseksueel
gebied een 'minder grove zonde' dan de
wereld uitbuiten, de hongerigen negeren of kinderen in de moederschoot doden.
Zo relativeert hij de zonde van homoseksueel gedrag. Het is nog wel een zonde,
maar niet al te ernstig, als de zonde wordt begaan binnen een monogame relatie.
Dit is exact de redenering die Ouweneel geeft in zijn boek "Seks in de
Kerk".
Ook
hier is weer de sleutel de interpretatie van de vijf teksten waar de bijbel
scherp alle homoseksueel gedrag veroordeeld.
Slaan
deze teksten op homoseksueel gedrag in het algemeen,
op elk homoseksueel gedrag. Of slaan ze slechts op homoseksueel gedrag met
wisselende kontakten en niet op homoseksueel gedrag in een monogame relatie.
Neem
b.v. de teksten uit Leviticus waar Hoek in zijn lezing over sprak. Die slaan op
homoseksueel gedrag in het algemeen. Er wordt in de teksten zelf of in de
onmiddellijke context of in de rest van het oude testament geen enkele
beperking of nuancering aangebracht. Het gaat om het liggen bij een man zoals
je bij een vrouw ligt. Dat wordt in algemene bewoordingen veroordeeld. Dat is
God een gruwel. Dat is wat er staat. Alle pogingen om dit weg te redeneren of
te beperken "rammelen", om het met de woorden van Fijnvandraat te
zeggen.
Ik
verwijs nogmaal naar de bespreking van de kernteksten, klik hier.
Het onterechte verwijt van
van dr. Hoek
Hoe
ondermijnt Hoek in zijn lezing de traditionele uitleg van de sleutelteksten?
Hij waarschuwt voor het gebruik van losse bijbelteksten waarin homoseksualiteit
wordt afgewezen, om de discussie snel mee af te doen. Het gaat er volgens hem
om dat we de bijbelteksten "in hun wezenlijke bedoeling" verstaan. Ik
citeer: "Een geïsoleerd en niet gereflecteerd (beroep) op de zogenaamde
homoteksten moet worden afgezworen."
Christenen
die zich, bij hun afwijzing van elke homoseksueel gedrag, beroepen op de
hierboven genoemde sleutelteksten verwijt Hoek dat ze de bijbel foutief
uitleggen. Wat verwijt hij hen precies? (1) Ze baseren hun mening op
geïsoleerde teksten en (2) ze doen een niet gereflecteerd beroep op de teksten.
Wat
bedoelt hij daar mee? Je beroepen op geïsoleerde teksten doe je als je bij je
uitleg van een bijbeltekst geen rekening houdt met het geheel van de Schrift.
En als je een tekst uitlegt zonder op het verband, waarin de tekst staat, te
letten. Een 'niet gereflecteerd’ gebruik maken van een bijbeltekst betekent dat
je de tekst overhaast uitlegt zonder zorgvuldige exegese. Als je op deze
foutieve manier teksten uitlegt dan, zo stelt Hoek, versta je de bijbelteksten niet in 'hun
wezenlijke' bedoeling.
Het
verwijt is niet terecht
Onderstaand
is de goede werkwijze, bij het bestuderen van een bijbelsonderwerp, beschreven.
Ook ik heb die procedure gevolgd. En
ongetwijfeld ook broeder Fijnvandraat en Pieter Siebesma. (Zie
bij de nieuwe artikelen, de link naar het artikel van Siebesma.)
Om
te beginnen is de bijbel onderzocht om te zien wat er
over homoseksualiteit staat. Er zijn tenminste vijf
teksten die homoseksueel gedrag direct en op zeer ernstige wijze afwijzen. Bij
de uitleg van de teksten zijn alle exegetische regels zorgvuldig toegepast. Er
is nauwkeurig onderzocht wat er staat. De betekenis van de woorden in de
grondtekst is onderzocht. Er is op het verband, op de context gelet en de
historische situatie, waarin de bijbeluitspraken oorspronkelijk zijn gedaan, is
onderzocht. Er is kennis genomen van de verschillende interpretaties die
tegenwoordig aan de teksten worden gegeven en de argumenten voor ieder van de
standpunten zijn overdacht en getoetst. Er is dus niet op één geïsoleerde tekst
afgegaan, want er zijn tenminste vijf teksten die
direct iets over homoseksueel gedrag zeggen. De teksten bevestigen en
bekrachtigen elkaar, ze brengen allen dezelfde boodschap. Daarnaast is er ook
gekeken naar andere relevante schriftgegevens, zoals het onderwijs van de bijbel over het huwelijk en over seksualiteit in het
algemeen. Op grond van dit alles zijn we tot het afgewogen oordeel gekomen dat
de bijbel alle homoseksueel gedrag in elke situatie
ernstig veroordeelt.
Het
is juist Ouweneel die in zijn boek "Seks in de Kerk" een zeer
gekunstelde uitleg van de sleutelteksten geeft. Daar valt werkelijk je mond van
open. Het is verbazingwekkend dat iemand als dr. Hoek dit niet inziet. Juist
omdat ik aanneem dat hij ernstig over de teksten heeft ‘gereflecteerd’.
Zou
dr. Hoek ooit kennis hebben genomen van het bekende standaardwerk over deze
kwestie? Het boek "The Bible and Homosexual
Practice: Texts and Hermeneutics " van prof. dr.
Robert A.J. Gagnon. (ISBN 0-687-02279-7). Het boek geeft onder meer een volledige en grondige analyse van de
bijbelteksten over homoseksualiteit. Alles wat maar licht kan geven betrekt de
schrijver er bij. Zoals allerlei elementen uit de historische achtergrond en de
juiste betekenis van de Hebreeuwse en Griekse termen. Hij gaat ook diep in op
de argumenten van andere bijbelwetenschappers en op de grote lijn van de bijbel. Na alles onderzocht en overwogen te hebben komt hij
tot de grondig onderbouwde conclusie dat de traditionele uitleg van de sleutelteksten
de juiste is.
Hoezo
een niet gereflecteerd gebruik van geïsoleerde bijbelteksten?
neerbuigend
Het
standpunt van Hoek komt er in feite op neer dat hij, en mensen als Ouweneel,
over de bijbelteksten hebben nagedacht (gereflecteerd)
en dat zij rekening houden met de grote lijn van de bijbel. Dit in
tegenstelling tot de christenen die elk homoseksueel handelen als een
gruwel voor God afwijzen. Die hebben volgens hem niet nagedacht, niet
gereflecteerd. Vandaar dat deze christenen de teksten over homoseksualiteit
niet in hun ‘wezenlijke betekenis’ verstaan zoals Hoek en Ouweneel dat wel
doen.
Dit
is opnieuw een pijnlijk voorbeeld van de nergens op gebaseerde zelfverheffing
van de neo-evangelicals.
Zij, de verlichte neo-evangelicals en de verlichte
neo-gereformeerden, zijn wetenschappelijk bezig. Zij reflecteren, zij denken
na, zij isoleren de bijbelteksten niet, zij verstaan de tekst daarom in zijn
wezenlijke bedoeling. De traditionele evangelicals daarentegen zijn
intellectuele 'kabouters'. Die denken niet na, die reflecteren niet. Het zijn
simpele fundamentalisten die telkens weer dwalen in de bijbeluitleg vanwege hun
“naïef biblicisme”.
een
pleidooi voor een eerlijk gesprek op basis van de bijbel
Het
is te hopen dat dr. Hoek en de andere christelijke leiders zich op de kern van
de zaak richten. De kern waar het om gaat is in de eerste plaats de juiste
interpretatie van de sleutelteksten. Daar moet het debat over gaan.
(Voor de volledigheid. Dr.
Hoek heeft nog een aanvulling op het verslag over zijn lezing geschreven in het
ND, klik
hier)
Het bederf is al ver
doorgedrongen in de meeste orthodox reformatorische kerken
In de
Christelijk Gereformeerde Kerken is er tenminste één kerk (Zwolle) waar
samenwonende homoseksuelen volledig lid kunnen zijn en blijven. Ze mogen alleen
geen ambten vervullen. Er is vanuit andere delen van de Christelijk
Gereformeerde Kerk wel bezwaar gemaakt, maar de zaak is op de lange baan
geschoven. Dit speelde in 2003, inmiddels is het al bijna 2008. Dan is er nog
de christelijk gereformeerde predikant dr. B. Loonstra. Van hem is in 2005 een
boekje uitgekomen met als titel "Hij heeft een vriend". Loonstra
pleitte in het boekje voor het volledig accepteren van duurzame relaties tussen
homoseksuelen. Na enkele felle kritische reacties van mede predikanten heeft
hij het boekje uit de handel laten halen. Echter niet omdat hij niet meer
achter de inhoud zou staan.
Twee
gemeenten binnen de Nederlands Gereformeerde Kerken, Eindhoven en Zwolle,
hebben officieel besloten "een veilige plek en steun" te bieden aan
homoseksuele stellen "die er voor Gods aangezicht van overtuigd zijn dat
zij een monogame relatie in liefde en trouw kunnen aangaan". Ze zijn
volwaardig lid, mogen aan het avondmaal, maar kunnen niet bevestigd worden in
het ambt van ouderling en diaken. De landelijke vergadering van de Nederlands
Gereformeerde Kerken wil intussen niet met een bijbelse visie en richtlijn
komen over deze kwestie. Men verschuilt zich achter formele redenen maar de
werkelijke oorzaak is naar alle waarschijnlijkheid het feit dat er absoluut
geen eenheid meer is over wat de bijbel over deze
kwestie zegt.
Ik
weet niet hoe de situatie binnen de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) is, maar
ik vrees dat het waarschijnlijk niet veel anders zal zijn als de situatie in de
Christelijk Gereformeerde Kerken. Feit is dat de vereniging ContrariO opgericht
is door homoseksuele leden, waaronder praktiserende, van deze kerken. Er is
niet op bijbelse gronden tegen opgetreden.
In
de Gereformeerde Bond in de PKN is de toestand ook ernstig. Immers de hierboven
genoemde dr. J. Hoek is een invloedrijke leider van de Bond. (Het is niet voor
niets dat hij sprak op de studieweek voor theologiestudenten) Hij heeft op 21
augustus van dit jaar de aankomende gereformeerde-bonds predikanten onderwezen
in het compromisstandpunt: een monogame homoseksuele relatie is wel zondig,
maar niet al te ernstig. En hij heeft hen bijgebracht dat christenen die
beweren dat homoseksueel gedrag onder geen enkele omstandigheid in de gemeente
kan worden gedoogd de bijbel verkeerd uitleggen. Ook
heeft hij hen voorgehouden dat christenen die, op grond van de sleutelteksten,
de mensen voorhouden dat homoseksueel gedrag in alle gevallen in Gods ogen een
gruwel is, pastoraal verkeerd bezig zijn. Zij hebben christenen met homofiele gevoelens pastoraal niets te bieden.
De lont in het kruitvat van
de Christen Unie
In
de Christen Unie is een discussie uitgebroken over de vraag of een
praktiserende homoseksueel de partij in bestuursfuncties mag vertegenwoordigen.
Wat
was de aanleiding voor de discussie?
De
persoon waar alles mee begon is Ivette Lont. Het begon met een ingezonden brief
van Lont over homoseksualiteit in het Nederlands Dagblad. Ik citeer uit deze
brief: "Ja. God haat deze zonde, en het verdient de 'geestelijke' dood.
Maar wij leven in een tijd van genade, en zullen genade moeten schenken aan
degene die van zijn homofiele pad wenst af te
stappen." De seculiere homolobby kreeg deze uitspraak onder ogen en
reageerde daar zeer fel op.
(Voor
de brief klik
hier.)
Achteraf
heeft Lont excuses aangeboden voor het gebruik van de uitdrukking 'geestelijke
dood' omdat die uitdrukking bij niet-christenen verkeerd kan overkomen. Maar
het spel was toen wel op de wagen.
Maar
er ging nog wat aan de brief vooraf. De ingezonden brief van Ivette Lont was
een reactie op de hierboven besproken lezing van Jan Hoek.
In
feite is de rel zelfs terug te voeren naar het boek “Seks in de Kerk” van
Ouweneel. Immers Hoek droeg tijdens zijn lezing Ouweneels gedachtegoed uit.
Yvette Lont reageerde in haar brief ondermeer op Hoeks stelling dat "een
getrouwde man die overspel pleegt een grotere zonde doet dan een man die in een
homoseksuele relatie van liefde en trouw leeft met een vriend." Precies
deze stelling wordt door Ouweneel in zijn boek omstandig verdedigd.
De capitulatie van de
Christen Unie
Als
de Christen Unie iemand zou weren omdat hij of zij een praktiserend
homoseksueel is dan zou zij, volgens de normen van de wereld en volgens de
huidige wet, discrimineren. In dat geval zou ze zeker aangeklaagd worden en ook
zeker veroordeeld worden. Zoals de SGP met betrekking tot haar beleid ten
aanzien van de deelname van vrouwen veroordeeld werd en als gevolg daarvan haar
staatssubsidie verloor.
De
partijleiding probeerde zich eerst op de vlakte te houden. Maar Rouwvoet heeft
onder grote druk recent verklaard dat de partij homoseksuelen niet
discrimineert. Ondanks de aangekondigde studiecommissie komt dit neer op
volledige capitulatie voor de druk vanuit de wereld. De verzekering dat er niet
gediscrimineerd zal worden kan, in de ogen van de wereld, niet anders betekenen
dan het volledig openstellen van alle functies voor praktiserende
homoseksuelen. Iets minder zal de seculiere homolobby ook niet accepteren.
Wellicht
speelt Rouwvoet een dialectisch spel met het woord discrimineren. Dan gebruikt
hij het woord 'discrimineren" in het besef dat de wereld aan het woord
discrimineren een bepaalde invulling geeft, terwijl hij het tegelijkertijd voor
zichzelf het woord anders invult. De tijd zal het leren.
Alles
draait, zo stellen de woordvoerders van de CU, om geloofwaardigheid. Kan iemand
die in een openlijke homoseksuele relatie leeft geloofwaardig een christelijke
partij vertegenwoordigen? Een partij die in haar beginsel zegt van de bijbel
uit te willen gaan.
Natuurlijk
kan dat niet, net zomin als iemand die ongetrouwd samenleeft of in overspel
leeft een christelijke partij kan vertegenwoordigen. Het antwoord op de vraag
is duidelijk, tenminste als je vasthoudt aan de traditionele uitleg van de
sleutelteksten over homoseksualiteit.
Ik
vrees dat de partijleiding de compromistheorie van Ouweneel (en Hoek) zal
aangrijpen om op een slimme manier uit het dilemma te komen. Immers volgens
deze leer is het leven in een monogame homoseksuele relatie niet al te ernstig
is. Dus, als dat zo is, kunnen we aan het leven in een homoseksuele relatie,
met betrekking tot het vertegenwoordigen van een christelijke partij in een
publiek lichaam, niet al te veel belang hechten. Want volgens Ouweneel en Hoek
is het leven in een homoseksuele relatie” minder ernstig dan het hebben van een
overspelige relatie.
Hoeks misbruik van het
pastorale argument
Ik citeer nogmaals uit de
toespraak van Jan Hoek: "Wie hier de nuancering uit het oog verliest en
elke homoseksuele handeling vereenzelvigt met de gruwelen uit Leviticus, kan
pastoraal niets voor homofiele mensen betekenen."
Hij beweert dat christenen
die elk homoseksueel gedrag als een ernstige zonde en als een gruwel
voor God afwijzen pastoraal niets voor homofiele mensen kunnen betekenen.
Hij diskwalificeert met
die uitspraak de pastorale hulp van organisaties als de EHAH
Met zijn stelling
diskwalificeert hij de hulp die organisaties als de EHAH in de loop van vele
jaren hebben gegeven en nog geven. (EHAH staat voor Evangelische Hulp aan
Homofielen, de naam is enige tijd geleden veranderd in "Different").
De EHAH benaderde christenen die met homofiele
gevoelens worstelen met begrip en bewogenheid, terwijl ze toch staande hield
dat het uitleven van homoseksuele gevoelens absoluut niet kan. De EHAH vatte en
vat de teksten van Leviticus op als een algemeen verbod op elk homoseksueel
gedrag. Als God de homoseksuele gevoelens niet wegneemt dan is een weg van
onthouding de bijbelse weg. Daarbij moeten de andere christenen begrip hebben
voor de strijd die deze weg van onthouding met zich meebrengt.
Blijkbaar vindt dr. Hoek deze
aanpak fout. Je mag, volgens hem, niet elke homoseksuele handeling als een
gruwel voor God beschouwen. Daar bedoelt hij mee dat God het bedrijven van de
homoseksualiteit in het kader van een monogame relatie geen gruwel vindt.
Hij verzwaart de
verleiding voor christenen met homofiele gevoelens
Hij brengt dit 'goede nieuws'
aan christenen die homofiele gevoelens hebben. Fijn, zo'n
pastor die je vertelt dat het niet Gods bedoeling is dat je een homofiele
relatie aangaat, maar die tegelijkertijd zegt dat je, als je het toch doet,
daarmee geen ernstige zonde begaat.
Hoek lijkt niet te beseffen
dat hij christenen die met homofiele gevoelens worstelen door zijn onderwijs en
benadering in zware verzoeking brengt. De verzoeking om de weg van de minste
weerstand te gaan. Waarom zou je de moeilijke weg van onthouding en strijd
tegen homofiele gevoelens gaan als het leven in een
monogame homoseksuele relatie geen ernstige zonde is? Waarom zou je het jezelf
dan zo moeilijk maken?
Hoeks ‘pastorale’ benadering
stimuleert christenen met homoseksuele gevoelens om in een zondige homoseksuele
relatie te gaan leven of te blijven leven. De boodschap is immers dat
homoseksueel gedrag in een monogame relatie niet al te ernstig is.
Het is zelfs zo'n lichte
zonde dat je jezelf er niet eens van hoeft te bekeren
Hoek ging in zijn lezing niet
zo ver als Ouweneel. Bij Ouweneel mag je lid blijven van de gemeente. Je mag
aan het avondmaal deelnemen. Daarmee zegt men in feite dat homoseksueel gedrag
binnen een vaste relatie niet eens iemands relatie met God verstoort. Je kunt
immers alleen aan het avondmaal deelnemen als je recht staat tegenover God, als
er geen bewuste en onbeleden zonde is.
Het regelmatige homoseksuele contact binnen een monogame relatie is
blijkbaar zo'n lichte zonde dat je jezelf daar niet van hoeft te bekeren.
Merkwaardig, een 'zonde' waar
je niet mee op hoeft te houden. Zulke zonden ben ik nooit in de bijbel
tegengekomen.
In de rug geschoten
Als er naar Ouweneel wordt
geluisterd leven de christenen met homofiele
gevoelens, die er voor hebben gekozen om de weg van onthouding te gaan, straks in een gemeente waar openlijk in een
homoseksuele relatie levende paren zijn. Elke keer als ze de gemeente bezoeken
zullen ze met deze homofiele paren geconfronteerd
worden. Met als gevolg dat ze telkens, als ze de homofiele
geliefden zien, voelen wat ze 'missen'.
Zo wordt hun strijd om vol te houden verzwaard.
Het zal christenen die er
voor hebben gekozen om de weg van onthouding te gaan ook niet helpen als straks
de leiders van hun gemeenten, in navolging van Ouweneel en Hoek, hen voorhouden
dat homoseksueel gedrag binnen een homoseksuele relatie geen ernstige zonde
(geen gruwel) is.
Diep treurig
Het is zeer ernstig wat er
gaat gebeuren als de standpunten van mensen als Hoek en Ouweneel het pleit in
de evangelische en orthodox reformatorische gemeenten winnen? Hoek gaat niet zo
ver als Ouweneel, maar hij maakt wel de principiele fout van het wegverklaren
van de teksten over homoseksualiteit, met als gevolg daarvan een
onvermijdelijke relativering van de ernst van homoseksueel gedrag binnen een
monogame relatie. Als je aanvaardt dat die teksten niet over homoseksueel
gedrag in het algemeen gaan, dan wordt een sterke
weerstand tegen het gedogen van homoseksualiteit weggehaald. Het besef dat het
om een ernstige zonde gaat zal verdwijnen of tenminste
afnemen.
Het treurige is dat Hoek het
voorstelt alsof zijn aanpak en visie de enige garantie zijn voor een
liefdevolle en barmhartige pastorale aanpak. Alsof je als pastor niet mee zou
kunnen wenen met degene die worstelt met homoseksuele gevoelens, terwijl je
tegelijkertijd staande houdt dat het uitleven van homoseksualiteit absoluut
niet kan en mag omdat het een gruwel is in Gods ogen. Alsof je ook dan niet met
bewogenheid met iemands strijd mee zou
kunnen leven.
Het is bepaald niet pastoraal
om, zoals Ouweneel doet en Hoek dreigt te doen, de smalle weg een stukje breder
te maken. Breder voor hen die moeite hebben met de smalle weg, die moeite
hebben met het dagelijks kruis, met de dagelijkse zelfverloochening (Lucas
9:23)
Een te zwaar kruis?
We leven in een gebroken
wereld en soms geeft God ons een kruis te dragen. Dat kunnen homoseksuele
gevoelens zijn of b.v. een ernstige chronische ziekte of een handicap. Weer
anderen zijn buiten hun schuld getraumatiseerd geraakt en ook daar wordt niet
ieder, tijdens dit aardse leven, volledig van genezen. Weer anderen worden
mishandeld en voor lange tijd gevangen gezet omdat ze in Jezus geloven. Wat
voor een leven hebben b.v. de christenen in Eritrea die al jaren in containers
opgesloten zitten?
We moeten niet vergeten dat
voor ieder die de smalle weg van Jezus wil gaan er het uitzicht is op betere
tijden. Als we, na onze korte aardse reis, onze intrek bij Jezus nemen.
Intussen kunnen we tijdens onze aardse reis rekenen op de bijstand van de Heilige
Geest.
"En Hij zal alle tranen
van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geklaag,
noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan"
(Openbaring 21:4)
Nieuwe artikelen
Een artikel van Pieter
Siebesma “Homoseksualiteit en het Oude Testament”, klik hier
Ten slotte nog dit: houdt moed
Sommigen dingen moeten
gebeuren. Ze zijn aangekondigd in de Bijbel.
"eerst moet de afval komen" (2 Thess. 2:3)
"Ziet toe, weest niet
verontrust, want dat moet geschieden" (Matth. 24:6)
Daarom weest niet
verontrust. Het loopt bij God niet uit de hand.
"en hun woord zal voortwoekeren als
de kanker … en toch staat ongeschokt het hechte fundament Gods met dit merk: De
Here kent de zijnen, en Een ieder, die de naam des Here noemt breke met de
ongerechtigheid" (2 Tim. 2:17,19)
"en de poorten der hel zullen haar, dat is de gemeente, niet overweldigen"
(Matth. 16:18)
Wat te doen?
"houd vast wat gij
hebt opdat niemand uw kroon neme" (Openbaring 3:11)
"houd u buiten het bereik van de
onheilige holle klanken" (1 Tim. 6:20)
"verkondig het woord, dring er op
aan, gelegen of ongelegen" (2 Tim. 4:2)
"blijft gij
echter nuchter onder alles, aanvaard het lijden, doe het werk van een
evangelist, verricht uw dienst ten volle" (2 Tim. 4:5)
"met de vermaning om tot het uiterste
te strijden voor het geloof dat eenmaal de heiligen overgeleverd is. Want er
zijn zekere mensen binnen geslopen" (Judas :3,4)
Jezus komt terug
"Nog een korte tijd en
Hij die komt zal er zijn" (Hebr. 10:37)
"Want het heil is ons
nu meer nabij dan toen wij tot het geloof kwamen" (Rom. 13:11)
O what a day that shall be
When my Jesus I shall see
Een hartelijke
groet,
Ary Geelhoed
Discernmentsite: http://www.toetsalles.nl
Onderwijssite: http://www.internetbijbelschool.nl