Een hardnekkige verleiding

 

Door Hans Frinsel

 

Veertig jaar geleden kwam in het rijke Amerika het welvaartsevangelie op. Welvaartsevangelisten pasten het Evangelie aan bij de hang naar rijkdom en het najagen van materiële overvloed. Later sloeg dit over naar het steeds rijker wordende Europa. Begin negentiger jaren besteedden we in De Oogst regelmatig aandacht aan deze ontwikkelingen. Nu, vijftien jaar later, moeten we constateren dat veel elementen van deze waalleer zich overal in de evangelisch-charismatische beweging genesteld hebben en aan populariteit winnen.

 

Het welvaartsevangelie is voortgekomen uit charismatische kring, maar daar bevonden zich ook haar krachtigste critici. Godsmannen als David Wilkerson hebben er duidelijk stelling tegen genomen. De bekende pinkstertheoloog dr. Gordon Fee zei: ‘Het Amerikaans christendom is snel geïnfecteerd aan het raken met een kwaadaardige ziekte, het zogenaamde welvaarts-en gezondheidsevangelie, dat nog maar erg weinig van het karakter van het Evangelie in zich heeft.’1 Sektenspecialist dr. Walter Martin en theoloog dr. Dan McConnell kwalificeerden deze leer terecht als ‘cultic’ – sektarisch – omdat het een buitenbijbels element aan het Evangelie toevoegt en tot centraal thema maakt.

 

Oorsprong

 

De oorsprong van het welvaartsevangelie ligt in de negentiende-eeuwse beweging van ‘New Thought’. Deze voorloper van de newagebeweging leerde dat God in alles is, dat zonde, kwaad en ziekte het gevolg zijn van verkeerd denken en dat de mens door zijn denken en uitspraken zijn eigen realiteit kon scheppen en manipuleren. Zij leerde dat het de wil van God is dat de mens volmaakt gezond en welvarend zou zijn. New Thought bestond uit een mengsel van oosters denken en christelijke elementen.

 

Verscheidene occulte en metafysische bewegingen zijn hieruit voortgekomen, zoals de sekte van Christian Science en de leer van het ‘positief denken’ (Norman Vincent Peale). Het vond zijn ‘charismatische’ expressie in de leer van het ‘positief belijden’.

 

Toverformule

 

Twee belangrijke elementen van de welvaartsleer zijn: 1. het is altijd Gods wil dat Zijn kinderen materiële voorspoed en volmaakte gezondheid genieten; 2. door het belijden of claimen van die materiële zegen of genezing worden deze werkelijkheid. Volgens welvaartsevangelisten berust dit principe van ‘belijden’ op universele geestelijke wetten. ‘Wat we uitspreken, gebeurt.’ Dit wordt ‘word faith’ (woordgeloof) genoemd, maar het heeft in feite meer van een toverformule om je eigen rijkdom te scheppen. Het bijbelse begrip ‘geloof’ is iets heel anders. Het is een volkomen vertrouwen op God in voorspoed, maar ook in tegenspoed. Het durft op God te vertrouwen voor de dagelijkse behoefte – zoals Hij de Israëlieten dagelijks het manna gaf – en richt zich niet op rijkdom. Echt geloof is tevreden met ‘onderhoud en onderdak’ (1 Tim. 6:7). Gods Woord waarschuwt zelfs tegen het streven naar een grote bankrekening (1 Tim. 6:9).

 

Schril contrast

 

De zendingsgeschiedenis geeft vele voorbeelden van zulk geloof. Ik ken geen voorbeeld van zendingspioniers die rijk wilden worden van hun bediening. Zij leefden in eenvoud en vertrouwden op God voor hun dagelijkse behoeften. Hun zelfverloochening vormt een schril contrast met de schatrijke welvaartsevangelisten, die vooral zichzelf promoten. Deze laatsten zijn volgens de Bijbel ‘het spoor bijster’, omdat zij het Evangelie vooral als iets winstgevends beschouwen (1 Tim. 6:5).

 

Welvaartsevangelisten van het eerste uur waren mensen als Kenneth Hagin en Kenneth Copeland. In Benny Hinn kreeg het welvaartsevangelie misschien wel zijn meest banale vorm. Op een geluidsband heb ik hem horen brallen: ‘Vroeger predikten ze dat we eens over de straten van goud zullen lopen. Ik heb daarboven geen goud nodig. Ik wil het hier en nu.’2 Dat is ten diepste waar het in het welvaartsevangelie om gaat: een hemel op aarde. Het gaat niet meer om noden, maar om vleselijke verlangens.

 

Herkennen

 

Welvaartsevangelisten zijn te herkennen aan hun bijbelgebruik. Ze gebruiken altijd dezelfde verzen als bewijs voor hun leer en bepaalde lastige bijbelverzen proberen ze altijd te ontzenuwen.

 

In Job vinden ze zowel een bevestiging als een bedreiging voor hun leer. De uitspraak van Job, ‘dat waarvoor ik vrees, overvalt mij’ (Job 3:25), wordt door bijna iedere welvaartsevangelist gebruikt als bewijs voor de leer van het ‘positief (of negatief) belijden’. Volgens hen had Job met deze uitspraak van angst alle ellende over zichzelf opgeroepen. Dat is misleidende inlegkunde. Er staat nergens dat deze uitspraak, die hij ná de rampen deed, de aanleiding was van zijn ellende. Integendeel, God getuigt dat Jobs verderf ‘zonder oorzaak’ was (Job 2:3). Dit bewijst eerder de onzin van de leer van het ‘positief belijden’.

 

Schriftvervalsing

 

Een tweede karakteristieke schriftvervalsing is hun aanval op Job op een ander punt. Als hij alles kwijt is, belijdt Job: ‘De Here heeft gegeven, de Here heeft genomen, de Naam des Heren zij geloofd’ (Job 1:21). Omdat het welvaartsevangelie leert dat God geeft en nooit iets wegneemt, is dit een lastig vers. Daarom vallen zij Job hierop aan en op misleidende wijze wordt Gods Woord ontkracht. Benny Hinn deed dat zo: ‘Ik heb nieuws voor u: dit is niet

bijbels. De Heer geeft en neemt nooit iets van ons! Dat hij zegt ‘de naam des Heren zij geloofd’, betekent niet dat hij gelijk heeft. Hij doet alleen maar vroom.’3

God Zelf heeft er een heel andere mening over: ‘In dit alles zondigde Job niet en schreef Gode niets ongerijmds toe (Job 1:22). ‘Niets ongerijmds’ betekent dat Job niets onjuists over God zei. God bevestigt hier nadrukkelijk de waarheid van Jobs uitspraak. Toch herhalen alle welvaartsevangelisten deze bedrieglijke uitleg door Job belachelijk te maken.4 En goedgelovigen trappen erin.

 

Prince

 

De nu zo populaire welvaartsprediker Joseph Prince uit Singapore is daarop geen uitzondering. Ook hij valt het geloof van Job met dezelfde leugen aan.5 Op de yup-achtige website van zijn New Creation Church promoot hij vooral zichzelf. Zijn preken zijn doorspekt met de bekende termen en thema’s van het welvaartsevangelie. Zijn demagogische preekstijl, zijn manipulatieve bijbelgebruik en het belachelijk maken van andersdenkenden lijken als twee druppels water op de stijl van zijn collega welvaartsevangelisten. Hij identificeert zich nadrukkelijk met de welvaartsleer en de welvaartsevangelisten.6 Geloof is ook bij hem niet een vertrouwen op God, maar het hanteren van de juiste geloofsformule om te verkrijgen wat God zou willen: absolute voorspoed en gezondheid.

 

Het is intriest en diep verontrustend dat voorheen betrouwbare bewegingen in Nederland zulke misleidende valse leringen promoten en onze gemeentes en jeugd ermee besmetten.7

 

Verwording

 

Het welvaartsevangelie heeft een sterke aantrekkingskracht op veel christenen in onze rijke, materialistische samenleving. Het geeft hen een rechtvaardiging om naar grote rijkdom te streven, in tegenstelling tot het ware onderwijs van de Bijbel. Het belooft een hemel op aarde, in plaats van een weg van vreemdelingschap en lijden. Het bevestigt ons ‘recht’ op onze ‘comfortzone’. Het voert weg van het bijbelse principe van zelfverloochening en

kruisdragen. ‘Christus heeft immers het kruis al voor ons gedragen?!

 

De yuppen-omgeving, de glitter, de glans van het succes, de massa’s – dat is wat de huidige generatie van gelovigen aanspreekt. En de welvaartsevangelisten spelen daar handig op in. Maar het is een verwording van het christendom en staat haaks op het Evangelie van de Bijbel. Er kan niet genoeg tegen gewaarschuwd worden.  

 

Noten:

 

1. The Cult of Prosperity, Gordon Fee, p.13, aangehaald

in The Promise of Health and Wealth, Dan McConnel,

p. 170, Hodder and Staughton, 1990.

2. Tape Christianity in Crisis, CRN, band 1, TBN

programma, 2-4-1991. Ook Christianity in Crisis, p.323.

3. Benny Hinn in een TBN programma, 3-11-1990;

aangehaald in Christianity in Crisis, p.98, H.

Hanegraaff.

4. Zie Promise of Health and Wealth, p.162. Christianity

in Crisis noemt o.a. Kenneth Copeland, Jerry Savelle,

Charles Capps en Paul Crouch (p.98).

5. Zie http://nccvertaald.web-log.nl/

nccvertaald/2006/10/god_is_een_geve.html, maar ook

bijv. preken van Joseph Prince van 03-04-2005 en 1404-2005.

6. Preek J. Prince 14-04-2005.

7. Jong en Vrij propageert Joseph Prince’s

welvaartsevangelie op hun website.

Het welvaartsevangelie belooft een hemel op

aarde, in plaats van een weg van vreemdelingschap

en lijden.

 

Bron:  september 2007 | De Oogst